Doorbraak
Op Doorbraak betoogt Ignace Demaerel dat een ethiek zonder God niet mogelijk is.
Hebben we een God nodig om te weten wat goed of slecht is en om normen en gedragsregels vast te leggen ?
Staat vrijzinnigheid gelijk aan normvervaging ?
Dat vrijzinnigheid gelijk staat aan normvervaging is natuurlijk een vastgesteld feit.
Als voorbeeld van goddelijke wet worden dikwijls de Tien Geboden aangehaald. Is hun oorsprong goddelijk ?
De Tien Geboden zijn ontstaan in het zooitje Joods ongeregeld dat na zijn vlucht uit Egypte veertig jaar (het is altijd veertig bij de Joden) doelloos door de woestijn heeft gezworven voor het zich sterk genoeg voelde om het Beloofde Land, Palestina, te bezetten. Waar hebben we dat verhaal nog gehoord ?
Als je die geboden overloopt wordt het duidelijk dat je geen Goddelijke inspiratie nodig hebt om te beseffen dat de overlevingskansen van dat volkje in de woestijn nihil zijn als ze voortdurend onder mekaar ruzie maken omdat ze mekaar beliegen, bedriegen, bestelen of mekaars vrouwen afpakken. Het inzicht op zich vraagt geen God. Een beetje opportunisme volstaat.
Een ander veronderstelt natuurlijk wel een minimaal samenhorigheidsgevoel. Daar waren die woestijnzwervers wel toe verplicht.
In een ge-atomiseerde samenleving als de onze is dat samenhorigheidsgevoel grotendeels verdwenen. Het is er nog bij groepen binnen de samenleving, maar het is verdwenen in de samenleving zelf. Ondertussen zijn we zo ver, dat we de term samen-leving in vraag moeten stellen. We leven niet meer samen. We leven naast mekaar op een begrensd grondgebied dat een staat vormt.
Het is duidelijk dat de ethische inzichten evolueren. In de oudheid kreeg een gehandicapt kind geen levenskansen.
Seneca: ‘Kinderen die bij hun geboorte gehandicapt en abnormaal zijn, verdrinken we. Dat is geen uiting van woede, maar een daad van verstand om het nutteloze van het gezonde te scheiden’ (Idem, I, 15,2).
Dat doen we niet meer. Of liever: dat deden we niet meer. Tegenwoordig wordt een gehandicapt kind al van voor de geboorte geliquideerd. En dat zelfs nog niet uit uit gezond verstand, maar uit een vorm van egoïsme.
En nee, dat betekent niet dat elke abortus een daad van egoïsme is of dat ik abortus in het strafwetboek wil.
Maar laat me stellen dat fundamenteel onze morele houding tegenover gehandicapten verfijnd is tegenover vroeger. De zorg die we geven aan gehandicapte mensen is dikwijls ontroerend mooi.
Het is natuurlijk wel zo dat deze evolutie niet rechtlijnig is. Ze gaat in een golfbeweging – vooruitgang gevolgd van regressie, gevolgd van nieuwe vooruitgang die hopelijk groter is dan de regressie.
Het nazisme in Duitsland was duidelijk een periode van zware regressie.
Ook onze decadente tijdsgeest is een regressie.
Merk op dat ik op geen enkele manier mensen persoonlijk schuldig verklaar. Het gaat om een algemeen verschijnsel.
Maar ja dus: ik geloof in de vooruitgang van de ethische inzichten.
We zien niet enkel een aspect tijd in die vooruitgang, maar hij is ook plaatsgebonden. Het is onomstotelijk zo dat er verschillen zijn in ethische inzichten, gebonden aan streken of culturen. De Arabieren zien nogal wat zaken anders dan “wij”.
De verfijning van de ethische inzichten en het verschil in verschillende culturen gaat niet samen met de idee van een onveranderlijke God die geboden en verboden oplegt.
Hier stoten we op een interessant thema met de vraag of de schepping een afgewerkt product is, of dat ze essentieel in evolutie is. Gezien de evolutie van de wetenschap lijkt het afgewerkte product niet houdbaar en dan stelt zich de vraag naar een “aangepast” godsbeeld. Maar op dit thema kan ik hier niet in gaan.
Wat er ook van weze: normen en waarden hebben altijd en overal een “gezag” nodig. Als dat er niet is, kan ieder individu zijn eigen normen en waarden vast leggen en leven volgens eigen goesting.
Demaerel ziet hierin een probleem voor de vrijzinnigheid. Als er geen God is, waar vinden we dan dat gezag ? Een Dirk Verhofstadt komt dan uit bij de mensheid als geheel. Voorlopig valt er nog weinig geheel te bespeuren. Verhofstadt en de vrijzinnigen hebben een probleem.
Maar een God lost dat probleem niet zo maar op. Want in een God moet je geloven en niet iedereen is tot geloof bekwaam. In feite stoot Demaerel met zijn God op hetzelfde probleem als Verhofstadt.
Voor een grond voor ethiek moet ik moet dus terugvallen op die Joodse kliek in de woestijn: een ethiek ontstaat daar waar mensen in samenhorigheid tot inzichten komen die samen overleven mogelijk maken en het samen-leven menselijk maken. Of je er dan al dan niet een God bijhaalt als gezag maakt in feite niet uit.
En ja dus: in onze ge-atomiseerde samenleving hebben we een probleem met normen en waarden. Een breed gedragen geloof in een God zou dan eerst de atomisering moeten opheffen om tot een gemeenschappelijke ethiek te komen.
Voor de geïnteresseerden en tussendoor: dit is de meest fundamentele kritiek op de multiculturele samenleving.
Maar wat zeg ik als christen daarover ? Wat leer ik van Jezus ?
Wie de evangelies leest, moet vaststellen dat Jezus niet bezig is met geboden en verboden. Integendeel, hij heeft een groot probleem met de Joodse Wet. Jezus is enkel bezig met goed-zijn voor anderen; voor iedereen, zelfs vooral voor wie volgens de Wet moet verstoten worden.
We zullen geoordeeld worden niet op huwelijkstrouw of vaderlandsliefde, maar op één criterium: hebben we hongerigen te eten gegeven ?
Johannes vat het samen: God is Liefde. Liefde is geen ethiek. Liefde heeft niets van doen met normen en waarden, geboden en verboden … wetten. Ze kan daarvoor wel een inspiratie vormen, maar meer ook niet.
Het christendom is géén stelsel van normen en waarden. De katholieke kerk heeft dat er van gemaakt.
Demaerel stelt dat Jezus de morele lat heel hoog heeft gelegd. Hij vergist zich: de God van Jezus roept ons fluisterend op om lief te hebben. Niks geen lat.
De God van Mohammed is een God van gedragsregels. De God van Jezus maakt gedragsregels overbodig: de liefde verdraagt geen regeltjes. Ze veronderstelt en schept vrijheid.
PS Lees ook: