MO*
Het parlement als “zwijgbarak” De heersers der aarde .
ZEEROVERSLIED De machtigste koning van storm en van wind Is de arend geweldig en groot De vogels zij sidd’ren en vluchten van angst Voor zijn snavel en klauwende poot Als de leeuw verheft zijn gebrul des nachts Dan verschrikt hij de dieren ermee REFREIN: Ja, wij zijn de heersers der aarde De koningen van de zee Tiralala (tiralala), tiralala (tiralala), tiralala (tiralala) Tiralala, Hoi! Hoi! Ja, wij zijn de heersers der aarde, De koningen van de zee. Verschijnt er een schip op de oceaan Dan juichen wij luide en wild Ons trotse schip, als een pijl uit een boog Vliegt terstond door de wateren zilt De koopman wordt bang, en hij siddert van angst, De matrozen verwensen dien dag En daar klimt de mast langs omhoog Onze bloedrode zeeroversvlag O dierbaar België, o heilig land der vaad'ren, Onze ziel en ons hart zijn u gewijd, Aanvaard ons kracht en het bloed van onze aad'ren, Wees ons doel in arbeid en in strijd, Bloei, o land, in eendracht niet te breken, Wees immer u zelf, en ongeknecht, Het woord getrouw dat g' onbevreesd moogt spreken. Voor Vorst, voor Vrijheid en voor Recht. Het woord getrouw dat g' onbevreesd moogt spreken. Voor Vorst, voor Vrijheid en voor Recht Voor Vorst, voor Vrijheid en voor Recht Voor Vorst, voor Vrijheid en voor Recht.