MO*
‘We zijn wanhopig, en we zouden alles proberen om kinderen te krijgen’
Hoe de internationale gemeenschap vruchtbaarheidsproblemen in Afrika blijft negeren
Vandaag begeef ik me op een wel heel heikel pad, want mijn aangeboren agressiviteit en neiging tot brutaliteit passen niet bij een onderwerp dat gaat over het lijden van mensen.
Laat me al maar dadelijk stellen dat ik alle begrip heb voor mensen die lijden onder kinderloosheid.
Ik heb ooit feministen horen krijsen dat kinderen krijgen een recht is. Nu moet je natuurlijk geen aandacht schenken aan krijsende feministen. Krijsen is een teken van domheid.
Maar neen dus: kinderen krijgen is geen recht. Want als dat een recht is, is geen kinderen kunnen krijgen een onrecht. Is gezondheid een recht, en ziekte een onrecht ? Dat het geen onrecht is, maar gewoon lijden, wil niet zeggen dat we dat lijden niet mogen en moeten verlichten of wegnemen. Maar zou het principe van medische hardnekkigheid om iemand in leven te houden, niet ook moeten gelden voor medische hardnekkigheid om leven te wekken ? Het vraagteken is hier niet retorisch. Over dit onderwerp is nog veel te zeggen, maar niet in deze blog.
Ok, dat is allemaal interessant. Maar hier niet terzake. Want in dit artikel gaat het niet over onze toestanden, maar over Afrika.
Heeft een vrouw recht op kinderen ? In Afrika moet je de vraag anders stellen: heeft een man recht op kinderen ? En heeft een vrouw de plicht om kinderen te baren ?
Daarmee al geef ik aan dat de hele insteek van Susan Dierickx fout zit. Want Dierickx aanvaardt dat een man recht heeft op kinderen, en zoekt een oplossing voor de tweede vraag: hoe kunnen we vrouwen helpen om hun plicht om kinderen krijgen te vervullen ?
De oorzaak van het lijden in Afrika zoals Susan Dierickx die beschrijft, ligt niet zozeer in de kinderloosheid op zich, maar op de manier waarop er door de samenleving wordt mee omgegaan.
Dat is een cultureel gegeven, verbonden met een primitief patriarchaat. Ook vrouwen mét kinderen krijgen problemen als ze enkel meisjes ter wereld brengen.
Dierickx wil Westerse wetenschap en technologie inzetten om tegemoet te komen aan de eisen van dat primitief patriarchaat. Daarmee bestendigt ze het.
Als de oorzaak bij de omgeving ligt, kan je het probleem niet oplossen met vruchtbaarheidsbehandelingen. Die zijn dan hoogstens een pleister op een houten been. Als Susan dan toch zo graag veldonderzoek doet, zou ze ook eens moeten onderzoeken of het probleem wel echt is opgelost, als zo ’n vrouw na een behandeling dan toch nog een kind krijgt. Ik kan me voorstellen dat het feit dat een vrouw een behandeling nodig heeft op zich al een aanleiding kan zijn om haar als minderwaardig te zien. En als er bij die behandeling ander zaad dan dat van de echtgenoot zou te pas komen, zal een beetje primaire macho zich daar zeker niet gelukkig bij voelen. En gezien de kronkels in zijn hersenen zal hij er toch in slagen om de schuld bij zijn vrouw te leggen.
Het komt er op neer dat, net zoals maagdenvliesherstellingen de hele zaak in een sfeer van geheimhouding terecht zou komen; een geheimhouding, misschien niet van de vrouw tegenover haar man, maar zeker tegenover de familie en omgeving. We haalden abortus uit geheime achterkamertjes, maar steken er nu maagdenvliesherstellingen en vruchtbaarheidsbehandelingen in.
Fundamenteel ligt het probleem bij een cultuur die lijden veroorzaakt. Ook bij ons veroorzaakt de cultuur lijden, want we leven in het kapitalisme, maar dat is een ander lijden dan het lijden van Afrika.
De vraag is dan: moeten/mogen we proberen om die cultuur te veranderen ? Als we dat doen, verzeilen we dan niet in een vorm van cultuurimperialisme ?
Mijn multiculturele vijanden zullen nu op hun achterste poten gaan staan (waarmee ik aangeef dat ze dat normaal niet doen), maar ik heb er geen enkel probleem mee dat we hier, in onze samenleving proberen om de cultuur van nieuwkomers te veranderen. We leven in een samenleving die de mensenrechten erkent, en het kan dus niet dat mensen die de mensenrechten niet erkennen hier zo maar deel uitmaken van die samenleving. Wie de mensenrechten niet erkent in woord moet daarop aangesproken worden. Wie ze niet erkent in daad, moet voor het gerecht.
Maar hebben we het recht om de mensenrechten op te leggen in Afrikaanse culturen voor dewelke onze mensenrechten totaal vreemd zijn ?
Mijn antwoord is neen. Maar dat wil niet zeggen dat we – zoals Dierickx doet – die Afrikaanse cultuur moeten bestendigen.
Moeten we die vrouwen dan in de steek laten ?
Wat we, mijns inziens, wél mogen en moeten, is inzetten op evrouwciperend onderwijs, uiteraard voor vrouwen, maar ook voor mannen. Ik ben er ondertussen van overtuigd geraakt dat dit de enige efficiënte ontwikkelingshulp is. Ze grijpt niet rechtstreeks in op de cultuur van deze mensen, maar helpt hen om die cultuur te ontwikkelen. Cultuur is geen statisch gegeven. Onderwijs helpt om cultuur te vermenselijken.
Zeker de middelen die we nu aanwenden voor economische hulp en tegen armoede zouden beter ingezet worden voor onderwijs.
We weten ondertussen ook dat onderwijs, speciaal voor vrouwen, een daadwerkelijke manier is om het geboortecijfer te doen dalen. Dat onderwijs en dat geboortecijfer zijn zeker oneindig veel belangrijker dan het financieren van IVF in Afrika.