Geloof en de consumptiemaatschappij

Ignis

Guido Dierickx sj.

Onze seculiere samenleving en haar idolen

Onze samenleving wordt verweten een consumptiemaatschappij te zijn. Inderdaad maakt zij het mogelijk te veel en ook verkeerd te consumeren. Vraag het maar aan de medici die over ons fysiek en mentaal welzijn moeten waken. Maar de kritiek van gelovigen, en van vele anderen, gaat dieper. Ons consumentisme vormt de teeltbodem voor de opkomst van vele idolen, van wat de Bijbel afgoden noemde. En dat in een tijd die men als “seculier” wil beschouwen

Guido Dierickx heeft gelijk. 

Ongelovigen streven naar een seculiere samenleving. Ze zijn er in geslaagd om religie uit de samenleving te bannen. De invloed van de kerk is weg. Van het katholieke Vlaanderen schiet niks over. Het besef van een transcendente God is bij vele mensen totaal afwezig. En toch is onze samenleving nog altijd extreem godsdienstig. Ze loopt over van mensen die enthousiast een massa goden dienen en in hun dienst stellen.

De ene ware God is vervangen door een bende afgoden met een staart.

Begrijp me niet verkeerd: dat de macht van de katholieke kerk is afgebroken is een goede zaak. Maar de strijders voor die goede zaak hebben het kind met het badwater weggegooid. Wat overblijft is een onvruchtbare dras van plat materialisme, gekruid met wat sentimenteel gedoe en oppervlakkig samenhorigheidsgevoel bij ontij om de blijkbaar toch nog wat aanwezige nood aan spiritualiteit te bevredigen.

De mensen van de terrasjes bewegen zich dan in processie naar de plaats van onheil om daar een krans te leggen.

Maar het blijft bevredigen – ik gericht op zich goed voelen.

Maar zich goed voelen is niet gelijk aan geluk. En dus wordt onze materieel zo voorspoedige samenleving gekenmerkt door burn-outs, depressies en een ontstellend cijfer zelfdodingen – ook bij jongeren.

Er is iets bevreemdends aan de hand bij die materiële welvaart. Bij ons zijn mensen arm en te beklagen terwijl die mensen in andere delen van de wereld stinkend rijk zouden zijn.

Ja er is natuurlijk het verschil tussen absolute en relatieve armoede en ik ben de eerste om die armoede bij ons aan te klagen als onrecht, maar toch is er iets aan de hand. 

Het bijbelse boek Exodus vertelt het verhaal van de Joden die zijn weggevlucht uit Egypte, op zoek naar het Beloofde Land, nu Gaza. Als Mozes met de Tien Geboden terugkomt van zijn ontmoeting met Jahweh op de berg treft hij zijn dolend volkje aan, dansend rond een gouden kalf. Goud, symbool van rijkdom en macht; kalf, symbool van genot.

Ik moet daar verder geen tekeningetje bij maken.

Kerstmis brengt geen beeld van een gouden kalf, maar van een zwangere vrouw op een ezel.

Als je het goud er af haalt, gun ik je nog het kalf; zolang je er maar niet in aanbidding rond danst.

Er is niks tegen genot.

Maar als genot belangrijk wordt – voor velen een levensdoel  – wordt de mens een dwaas ronddansende doler.

En ja, daarom is de christen geroepen tot soberheid. Soberheid is een vorm van vrijheid; het tegenovergestelde van verslaving.

Afgoderij maakt mensen afhankelijk. Authentieke religie maakt mensen vrij.

Zo bekeken wordt de manier waarop we het kerstfeest vieren een aanfluiting van de geest van dit feest.

Voor mijn part mag je wat lullen over de Heilige Familie en “ we mogen er toch wel een familiefeest van maken” … ook ik vind familiefeesten belangrijk. Maar als dat familiefeest een excuus wordt voor een zwelgen in genot, heeft het niets van doen met de geest van Kerstmis.

Neen, lieve vrienden, jullie moeten nu niet dadelijk de traiteurs door massale afzeggingen een paniekaanval gaan bezorgen. 

Als ik het scheppingsverhaal goed lees, heeft de goede God de kalkoenen geschapen om de geboorte van zijn Zoon te vieren. Maar laat jullie feest toch maar wat meer zijn dan lekker eten en drinken en oh! en ah! kreetjes bij cadeautjes onder een versierde boom.

 

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *