Een verhaaltje voor oude mensen die al in sprookjes geloven en nog hun klassiekers kennen
Tekst en melodie uit De Coussemaker, Chants populaires des Flamands de France, 1856.
Jan de mulder, met zijnen leeren kulder en zijn leeren broekjen aan Zoude zo geren, zonder lanteren zoude zo geren te vrijen gaan
en sex hebben met Grietje. Maar dat ging niet want Grietje was van Hansje. En Hansje strooide niet enkel kwistig broodkruimels, maar ook zaad. Grietje was dus chronisch zwanger. En zo dartelden daar al zeven dwergjes rond. Hansje en Grietje waren goedgelovige katholieken en mevrouw Herman-Michielsen en Guy Verhofstad waren nog niet voorbijgekomen. En breinaalden dienden om te breien, toch ? En daarbij: zeven is een mooi getal. Want dan benoemt de koning zichzelf tot peter en stuurt ieder jaar een lakei met een doos belgische chocolade en een portret van de koningin en ik.
Die zwangerschappen waren natuurlijk niet zo goed voor de sex. Maar dat was voor Hansje niet echt een probleem, want er was de mooie opvangster Sneeuwwitje. Die was nodig omdat Grietje de gewoonte had om grootmoeder te gaan bezoeken in het donkere woud, en dan telkens een paar dagen weg bleef. Grootmoeder was ouder dan stok en kwam dus haar bed niet meer uit. Dat maakte voor Hansje het leven meer dan draaglijk.
En het onvermijdelijke moest gebeuren: op haar tocht door het donkere woud kwam Grietje de grote boze grijze wolf tegen. Die had pas wel grootmoeder op grootmoeders wijze gegeten, maar zo’n lekker klein katholiek dessertje kon er nog wel bij. Grietje was bij uitzondering even niet zwanger en dus toonde ze de wolf haar rood kapje en dat is niet bevorderlijk voor de eetlust. De grote boze grijze wolf trok zich dus terug in zijn turkse krochten. Grietje was nu van grootmoeders last bevrijd en moest dus niet meer de haardstee verlaten. Dat veranderde de thuissituatie aanzienlijk, en ze leefden nog lang, maar niet meer gelukkig.
En Jan de Mulder ? Die was getransgenderd en wilde nu sex met Hansje…
Voor de liefhebber nog de ganse tekst
Jan de mulder, met zijnen leeren kulder en zijn leeren broekjen aan Zoude zo geren, zonder lanteren zoude zo geren te vrijen gaan Hier is het vlees en daar is het vis en daar is het Mannekenpis Vlees ende vis, Mannekenpis en daar is den vogel die bedriegelijk is Jan de mulder, met zijnen leeren kulder en zijn leeren broekjen aan Zoude zo geren, zonder lanteren zoude zo geren te vrijen gaan Daar is de zon en daar is de maan en daar is den kraaiende haan Zon ende maan, kraaiende haan en daar is den vogel die bedriegelijk is Jan de mulder, met zijnen leeren kulder en zijn leeren broekjen aan Zoude zo geren, zonder lanteren zoude zo geren te vrijen gaan Daar is het glas en daar is de kan en daar is den dronken Jan Glas ende kan, dronken Jan en daar is den vogel die bedriegelijk is Jan de mulder, met zijnen leeren kulder en zijn leeren broekjen aan Zoude zo geren, zonder lanteren zoude zo geren te vrijen gaan Daar is den hond en daar is de kat en daar is d' Oostindische rat Hond ende kat,Indische kat en daar is den vogel die bedriegelijk is Jan de mulder, met zijnen leeren kulder en zijn leeren broekjen aan Zoude zo geren, zonder lanteren zoude zo geren te vrijen gaan