De goedmenende, sociale, voorstanders van het kapitalisme stellen terecht dat onze arbeiders het toch niet slecht hebben en dat we een goed werkend herverdelingssysteem hebben. En dat binnen het kapitalisme. Dan kan het kapitalisme toch niet slecht zijn ?
Mag ik er dan al maar dadelijk op wijzen dat die situatie van een aanvaardbaar kapitalisme zich beperkt (heeft) tot Europa ?
Hoe komt het dat dit sociaal gecorrigeerde kapitalisme zich niet wereldwijd heeft verspreid ?
Dat sociaal gecorrigeerde kapitalisme heeft een naam, het Rijnlandmodel, omdat het is opgebouwd in de landen rond de Rijn met Duitsland als motor.
Het Rijnlandmodel is begonnen na de Tweede Wereldoorlog.
Dit is slechts een blog. Ik moet vereenvoudigen en me dus beperken tot essentiële elementen.
Na de Tweede Wereldoorlog kenden we hier een speciale economische situatie.
Veel infrastructuur was vernietigd (zeker in Duitsland) en enorm veel werkvolk was gesneuveld. West-Europa stond voor de enorme opgave van wederopbouw.
Er was dus grote vraag naar werkvolk en weinig aanbod. Voor de oorlog was er enorme sociale onrust geweest. Die wilde het kapitaal na de oorlog absoluut vermijden. Dan wordt werkvolk duur.
Het kapitaal – in concreto hier het Amerikaanse kapitaal – had er alle voordeel bij dat de economische wederopbouw er zo snel mogelijk zou komen, en dus ontwikkelde het het Marshallplan dat grote sommen geld in de Europese economie pompte. Maar dat veranderde natuurlijk niets aan de situatie op de arbeidsmarkt: het werkvolk bleef duur.
De kost van het werkvolk wordt natuurlijk niet enkel uitgedrukt in loon, maar ook in gezondheidszorg, werklozenvergoedingen pensioenen, onderwijs …
En dus werd er een stelsel uitgewerkt met gunstige lonen, betaalbare gezondheidszorg, goede werklozenvergoedingen, pensioenen … het Rijnlandmodel.
De vakbonden stellen het graag voor alsof zij met bloed, zweet en tranen de kapitalisten hebben gedwongen om dit stelsel te aanvaarden.
Maar het Rijnlandmodel was een ontwerp van het kapitaal.
Het feit dat het Rijnlandmodel een plan van het kapitaal was sloot natuurlijk niet uit dat bepaalde kapitalisten door de invoering van dit model in nood kwamen en hun winst of zelfs bedrijf in gevaar zagen. Er ontspon zich dus inderdaad een harde strijd tussen de vakbonden en bepaalde kapitalisten. Maar dat verandert niets aan de globale situatie: het kapitaal had in de speciale economische situatie het Rijnlandmodel nodig om het kapitalisme te laten functioneren.
Het hele gebeuren is een voorbeeld van het onderscheid dat we moeten maken tussen kapitaal en kapitalist. Ik had het daar over in mijn blog van gisteren.
Het Rijnlandmodel heeft dus in de speciale economische situatie de facto geleid tot een nooit geziene economische bloei in West-Europa met een tevreden arbeiderspopulatie.
In mijn twee vorige zinnen heb ik niet per toeval tweemaal de speciale economische situatie aangehaald.
Want die situatie is voorbij. Onze economische situatie is niet meer speciaal. Al snel begonnen de grote bedrijven de dure binnenlandse arbeidskrachten te vervangen door goedkope “gastarbeiders”. Door de economische bloei leidde dat natuurlijk niet dadelijk tot de afbouw van het Rijnlandmodel. Maar toen kwam de opeenvolging van grote economische crisissen, te beginnen met de olieboycot van 1970 en dus paste het Rijnlandmodel niet meer in het kapitalistische systeem. Het Rijnlandmodel is immers enkel mogelijk in een situatie van grote economische bloei. Meer algemeen gesteld: je moet er toch niet lang over nadenken om te beseffen dat de toestand van ingestorte economie van na de Tweede Wereldoorlog voorbijgaand zou zijn. Ook de globalisering heeft bijgedragen tot de overgang van plaatselijk (Europa) speciale situatie naar wereldweide “gewone” situatie.
Het kapitalisme heeft het Rijnlandmodel niet meer nodig, en dus wordt het afgebroken.
Noteer daarbij dat het “Sociaal Pact” dat na de oorlog de sociale zekerheid mogelijk maakte, expliciet als voorlopig werd voorgesteld.
Ik geef hier slechts enkele voorbeelden van afbraak van sociale zekerheid of Rijnlandmodel.
In het Rijnlandmodel waren de wettelijke pensioenen voldoende. Die worden betaald door de staat via een omslagstelsel dat een grote solidariteit en herverdeling bevat.
In de afbraak van het Rijnlandstelsel werd dat wettelijk pensioen niet meer voldoende en nu is voor vele mensen een aanvullend pensioen nodig. Het mooie voor de kapitalist hierbij is dat dit werkt met verzekeringsproducten waar het kapitaal winst op maakt. Tegelijkertijd wordt dit aanvullend pensioen ook gebruikt om de job aantrekkelijk te maken. In feit is het een vorm van loon. Het plezante hierbij is dat op dat stuk van het loon geen sociale bijdrage wordt betaald. Dat komt er op neer dat er minder geld terecht komt in de kas van de sociale zekerheid … in de kas van de wettelijke pensioenen; in de kas van de sociale zekerheid. Geef toe: dit is een geniale zet van het kapitaal.
Het is afbraak van de sociale zekerheid.
Je kan hetzelfde zeggen van de bedrijfswagens …
Ondertussen is er ook een verplichte aanvullende gezondheidsverzekering.
Ook de arbeid van jobstudenten brengt niks bij in de kas van de sociale zekerheid.
Er wordt gemorreld aan de werklozenvergoedingen.
Ook in onze zogenaamde welvaartstaat geraken meer en meer mensen in de financiële problemen. De armoede groeit. Een groeiend aantal mensen heeft twee (of meer) jobs nodig om rond te komen …
De sociale zekerheid waarin mensen rechten hebben is onder De Croo in Vivaldi gedeeltelijk vervangen door allerlei premies die mensen in problemen ondersteunen. Dat is geen sociale zekerheid meer, maar liefdadigheid, georganiseerd door de staat.
Het Rijnlandmodel wordt afgebroken. Die afbraak gebeurt geleidelijk aan, stapje voor stapje, dan breekt het lijntje niet en komt het werkvolk (alle loontrekkenden) niet in opstand. Denk aan die kikker in zijn koud en heet water.
Het Rijnlandmodel is een voorbijgaande fase geweest waarin het kapitaal er belang bij had. Nu heeft het kapitaal er geen belang meer bij en dus wordt het afgebroken.
Sinds 1970 spreken we over het neokapitalisme. Je kan over die term discussiëren, maar feit is: de tendens is een terugkeer naar naar het ongebreidelde kapitalisme.
Je zou verwachten dat de vakbonden die pretenderen het Rijnlandmodel te hebben afgedwongen nu op hun achterste poten zouden staan. Niet dus. De top van de vakbonden beseft dat het Rijnlandmodel voorbij is; dat de strijd om de sociale zekerheid op dit ogenblik een achterhoedegevecht is.
Hoe je het draait of keert: wie beroep doet op het Rijnlandmodel om het kapitalisme te verdedigen, heeft het niet goed begrepen.