Een nieuw economisch geluid ? Natuurlijk ! Maar…

Sampol

Nathalie Vallet

Een nieuwe lente, een nieuw economisch geluid

De verstandhouding tussen samenleving en economie kent turbulente tijden. Ze blijken immers steeds minder een verzoenbare eenheid te vormen. Dat is vreemd. Want de economie is in feite gewoon onderdeel van het leven zelf. Het heeft betrekking op het goed beheer van schaarse middelen in functie van de bevrediging van onze dagdagelijkse noden en behoeften. Hierdoor produceren en consumeren we, maken en verwerven we, geven en ontvangen we. Economisch gedrag is dus het transformationeel én transactioneel gedrag waar mensen dagdagelijks mee bezig zijn

Nathalie Vallet brengt een van de beste artikels die ik over dit onderwerp gelezen heb. Lange tijd heb ik een, toegegeven overdreven, gevoelen van minachting gehad voor de mensensoort “econoom”. De overgrote meerderheid van de zogenaamde economen waren  veredelde boekhouders. En wie er dan toch in slaagde een wat algemenere visie op de economie te hanteren bleef steken in de keuze voor ofwel het neoliberalisme ofwel keynesianisme. Daarbij beperkte de discussie zich tot de al dan niet belangrijke rol van de staat. Ook nu nog lees ik artikels van economen die enkel daarmee bezig zijn. Voor een aantal van hen zou een grotere rol van de overheid het nieuwe na de coronacrisis  moeten zijn. Ook Vallet heeft het hier over. Maar het is slechts een onderdeel in een veel groter geheel. Dat is verfrissend. Vallet vertrekt in haar denken over economie van een veel bredere basis. Dat ze docente is en economen opleidt, is hoopgevend.

Toch enkele bedenkingen.

Vallet pleit voor een economie die sterk geleid wordt door een krachtdadige overheid.

Als die krachtdadige leiding er in bestaat dat de overheid de gelijkwaardigheid, expliciete erkenning én appreciatie garandeert van de informele economie, de circulaire economie, de sociale en solidaire economie (SSE) en de ethische ondernemers, zoals Vallet het voorstelt, ben ik het er mee eens. Ook in tijden van crisis zoals nu is een krachtdadige overheid absoluut nodig.

Maar als Vallet met een krachtdadig beleid ook naar een planeconomie wil, ben ik het er niet mee eens. Het zou kunnen dat in deze tijden met de nieuwe kennistechnologieën een efficiënte planeconomie mogelijk is – dat was niet zo in de Sovjet Unie. Maar ik denk dat de markt de beste manier is om vraag en aanbod op mekaar af te stemmen. Als economie tot doel heeft de behoeften te bevredigen, dan is het logisch dat het de vraag is  die het aanbod aanstuurt. In een consequente planeconomie wordt door de overheid bepaald welke de behoeften zijn – ik ga nu uit van een radicale versie van planeconomie. Ik denk dat het niet aan de overheid, maar aan de bevolking is om haar behoeften te bepalen. Als je dan de reclame afschaft, ga je al in de goede richting om de bepaling van de behoeften door de mensen adequaat te houden. 

Vallet verantwoordt de sterke rol van de overheid door te verwijzen naar de democratie: de overheid wordt gekozen door het volk. In ieder geval zal dat dan toch een andere democratie moeten zijn, waarin politieke partijen verboden zijn. ( * )

Maar zelfs in een echte democratie betekent een sterke overheid ook grote macht. Ik sta huiverig tegenover die macht. De overheid moet zorgen voor een rechtssysteem, goede infrastructuur… en zo weinig mogelijk ingrijpen in het leven van de mensen. En zeker mag ze geen solidariteit organiseren. ( * )

Vallet pleit ook voor manifesten waarin hoog opgeleiden deze nieuwe visie op economie uitdragen en zo de overheid overtuigen om aan die nieuwe economie te bouwen.

Ik ben het daarmee eens. Maar Vallet vergeet in haar betoog op alle vlakken één cruciale factor: de concurrentie. Geen enkele van haar elementen van de nieuwe economie is haalbaar binnen een systeem dat de concurrentie als motor heeft en dat die concurrentie cultiveert.

Hoe kan je een economie hebben die ook sectoren als de zorg en het onderwijs waardeert als die sectoren niets – en zeker niet rechtstreeks – bijdragen aan de concurrentiepositie van de economische eenheid. Concreter: als een overheid moet kiezen om geld te steken in sectoren die dadelijk opbrengen en zo financiële problemen oplossen of anderzijds om geld te steken in sectoren die enkel kosten, of die slechts op zeer lange termijn iets opbrengen, dan kan die overheid niet anders dan kiezen voor de korte termijn, precies omdat ze moet concurreren met andere overheden. Tenzij ze natuurlijk ongelooflijk veel geld te veel heeft. Maar bij mijn weten komt dat niet zo veel voor. En als het voorkomt, is het slechts voor even.

Corona leert het belang van de arbeid tegenover het kapitaal. Het kapitaal is er wel, maar als de mensen niet kunnen/mogen gaan werken, valt de economie stil. Vallet pleit voor het gelijk stellen van kapitaal en arbeid. Maar wat voor zin heeft het om de arbeid beter te waarderen als die arbeiders dan moeten concurreren met andere arbeiders ? Dit is hét punt van kritiek op de huidige coöperaties. Ze zijn een stap vooruit – en ik steun ze – maar fundamenteel lossen ze niets op zolang de concurrentie regeert.

In een concurrentieel systeem kan je ook niet af geraken van een groei-economie. Want concurrentie betekent juist: méér. Sneller, hoger, verder… en alles in zo kort mogelijke tijd. Daarmee valt ook elke echt ecologische economie weg. Vallet geeft terecht aan dat die ecologisch economie niet mogelijk is bij onbeperkte groei. Maar die groei hangt samen met de concurrentie.

Vallet pleit voor manifesten van academici die onze overheid een nieuwe koers doen varen. Maar als die manifesten niet de overgrote meerderheid van de overheden wereldwijd die nieuwe koers doen varen, is de zaak gedoemd om te mislukken. Want onze overheid moet dan concurreren met overheden die zich van die nieuwe koers niets aantrekken. Die concurrentieslag kan onze overheid niet winnen. Of nog: hoe kan iemand die niet wil strijden winnen tegen iemand die wél wil strijden ? Als één overheid kiest voor de nieuwe economie betekent dat verarming van de bevolking.

Vallet heeft nog veel werk aan de winkel om academici wereldwijd te overtuigen om manifesten te schrijven.

Deze licht sarcastische opmerking mag echter niets afdoen aan mijn waardering voor het werk van Nathalie Vallet.

*  Zie mijn boek Eutopia. Je kan het lezen en/of downloaden, ook in ebookformaat op deze website onder de rubriek “Publicaties”.

 

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *