Knack
Jaouad Alloul, theatermaker, multidisciplinaire performer en activist
‘Geaardheid en genderidentiteit zijn feiten, geen trends’
Moet ik nu echt gaan geloven dat niet-hetero dinges tot domheid leidt ?
Natuurlijk zijn er domme hetero’s, ik kom ze massaal tegen. Alvast dommer dan ik.
Maar mag ik er hier van uitgaan dat die Alloul eigenlijk een slimme gast is ? Vanwaar komt het dan dat hij precies over een onderwerp dat hem nauw aan het hart ligt zo ’n domme praat uitkraamt ?
Kijk: natuurlijk zegt hij ook zaken die pertinent juist zijn – het zou er maar aan mankeren.
Inderdaad: geaardheid is een feit en geen trend. Maar het gaat er over dat Alloul door zijn activisme er een trend van maakt in de zin van: het is trendy om uit te komen voor je geaardheid en dat onder de aandacht te brengen, dikwijls op een uitdagende manier.
Het is een trend in deze tijd om alles onder de aandacht te brengen. Iemand merkt ergens iets op wat hij onrecht, onvrijheid of discriminerend vindt, en voelt dan de onweerstaanbare drang om dat onder de aandacht te brengen. Tegenwoordig is dat gemakkelijk: de sociale media zijn broeihaarden van onder – de – aandacht – brengerij. Je vindt altijd wel een domme meute idioten die op je karretje springen: mensen die daardoor zichzelf onder de aandacht brengen. Zo van: kijk eens, hoe goed ik ben, en nog erger: de narcistische zelfgenoegzaamheid van de deugdzamen die zich wentelen in hun deugdzaamheid zoals varkens in hun hoogst persoonlijke modder.
Kijk mijnheer Alloul – ik hoop dat ik je niet schoffeer door mijnheer te zeggen, als je wil noem ik je ook fluïde dinges – je hebt gelijk: er zijn mensen die geen enkel begrip hebben voor de feitelijkheid van de geaardheid van mensen die niet geaard zijn zoals zij zelf. Sommigen van hen zijn agressief.
Voor mijn part geef je Dries Van lange kuttenkoven een schop onder zijn klinges. Dat zal niet gemakkelijk zijn, want Dries doet veel aan sport. Zorg er voor dat niemand daar een filmpje van maakt zodat een of andere trendsetter je niet aan de galg publiceert, en geniet er van.
Heb je je laten castrereren om zangertje te kunnen blijven in het kinderkoor van de Vaticaanse kapel omdat je verliefd bent op de dirigent… ? Het interesseert me niet.
Mij interesseren een beetje gevulde – niet te – rondborstige dames die me aan het lachen kunnen brengen. Dat laatste is mijn vrouwelijke kant.
Ja, ik weet het: dit is een gevaarlijke uitspraak, want in deze tijden krijg ik nu de bagger over me heen, zowel van de zeer weinig gevulde als van de overdadig gevulde dames die zich gediscrimineerd voelen.
Dames, kalmeer: op ieder potje past een dekseltje. Dat geldt ook voor de niet-potten.
Ik bedoel maar: waar dient zo ’n artikel als dit van Alloul eigenlijk voor ? Mij moet hij niet overtuigen en Dries Van lange kuttenkoven zàl hij er niet mee overtuigen. Als je gewoon wil behandeld worden, gedraag je dan gewoon. Of liever: wees gewoon jezelf en maak er niets ongewoons van om gewoon jezelf te zijn.
De ethische inzichten zijn in permanente evolutie. Op dit ogenblik zal de overgrote meerderheid van de Vlaamse mensen geen problemen meer maken van iemands homoseksualiteit. Dat was vroeger anders. Waardoor is dat veranderd ? Zeker niet door activisme van homoseksuelen.
Homo’s die de moed hebben gehad om “uit de kast te komen” hebben zeker wél bijgedragen tot de aanvaarding. Hierbij heb ik het niet over de perverten die in een gay parade op een wagen bijna naakt de beest uithangen. Die wekken enkel weerzin op. Hopelijk ook in homokringen.
Ik heb het wel over homo’s die zich als homo “normaal” gedragen en een “normale” bijdrage leveren aan de samenleving. Maar dat uit de kast komen is geen activisme.
De mores evolueren. Een mens kan die evolutie bevorderen. Maar hij kan ze niet forceren. Het is precies dàt wat de activisten proberen te doen. Hun activisme brengt niets bij, integendeel. Het enige wat het oplevert is een gestreeld ego.
En dus ja: gender is fluïde. En iedereen heeft recht op zijn plaats op de fluïde-schaal.
Maar je kan er niet omheen dat de overgrote meerderheid van de mensen aan de uitersten van die schaal zitten. Dat betekent dat de mensen, kort bij het midden, niet gewoon zijn.
Dat is een probleem. Het maakt aanvaarding inderdaad niet gemakkelijker. Niet de aanvaarding door anderen, en niet door zichzelf. Het zou de ongewonen helpen als ze zouden aanvaarden dat het op een of andere manier normaal is dat ze niet zo gemakkelijk aanvaard worden.
Maar ook de aanvaarding door zichzelf kan moeilijker zijn.
Ik heb jongeren gekend die opgroeiden in een open milieu dat geen enkel probleem maakt rond aanvaarding van homoseksualiteit en die het toch moeilijk hadden om de homoseksualiteit bij zichzelf te aanvaarden en, inderdaad, om ze op te nemen in hun identiteit. De moeilijkheid lag zeker niet bij hun omgeving, misschien wel wat bij de samenleving, maar in se in hen zelf.
Dat zoeken naar identiteit is voor iedere jongere (en soms ook volwassene) een moeilijk proces. Voor de ene al wat moeilijker dan voor de andere. Het aanvaarden dat we door dat proces moeten is een voorwaarde, of in ieder geval een hulp, om er heelhuids door te komen. Die aanvaarding van de moeilijkheid brengt rust, een geloof in de goede afloop, het nodige geduld en de moed om er voor te gaan.
Wat geldt voor het persoonlijke proces geldt ook voor het maatschappelijke proces.
Het activisme van Alloul is precies het tegenovergestelde van die aanvaarding. Het gunt anderen hun proces niet. Het wekt onrust. Het maakt ongeduldig en het ergste: het is een vorm van agressiviteit. Agressiviteit lokt agressiviteit uit.
En daarom is het van een ongelooflijke domheid als Alloul op het einde van zijn betoog triomfantelijk aankondigt: we zijn ons aan het organiseren. Dommer is niet mogelijk.
Mensen zoals Alloul moeten samenkomen om mekaar te steunen en te bemoedigen. Maar ze moeten zich niet organiseren om een aanval op te zetten tegen hun “tegenstanders”.
Als Alloul zou willen beweren dat zijn organisatie niet gericht is op strijd, had hij het maar niet over Van langekuttenkoven moeten hebben.
Maar ja, als het gaat over niet-agressief zijn, moet ik zelf natuurlijk mijn mond houden.