Knack
Docent Europese politiek aan de Universiteit Gent en kernlid van Denktank Minerva
‘Waarom het niet makkelijk is om links te zijn’
Van die Ferdi heb ik eerder al wel interessante bijdragen gelezen. Als ik zijn naam boven een artikel zie staan, ontstaat bij mij leesbereidheid.
Ook nu weer legt hij een verband waar ik zelf nog niet aan gedacht had en dat dus buitengewoon is.
Zijn idee over de handicap van de sociaal democraten door hun afhankelijkheid van het vertrouwen in de overheid is correct.
Maar ik ben er van overtuigd dat je die handicap nog dieper kan zoeken.
Aan de basis van de sociaal-democratie ligt het geloof dat de overheid de markt kan corrigeren om tot een meer sociale samenleving te komen.
De Ville heeft het er zelf over, maar gaat er niet op door: ja de overheid kan iets, maar echt diepgaande invloed op de markt of op het verloop in fases van het kapitalisme heeft de overheid niet. Dat betekent dat er fasen zijn in de geschiedenis waarin ook de meest sociale politicus de greep verliest en zelfs asociale maatregelen moet nemen in dienst van het kapitaal.
De socialist Di Rupo heeft in zijn laatste federale regering de nu zo betwiste loonnorm (de 0,4% !) verstrengd tot 0,0000 %. Dat heeft hij niet gedaan om zijn kiezers te pesten, maar omdat hij niet anders kon. Als hij dat niet deed zou dat economische vertraging of stilstand en werkloosheid veroorzaakt hebben. Als de vakbonden toen wat protest hebben laten horen, was het toch maar om de schijn op te houden. Ook de vakbonden kennen de marktmechanismen.
Het komt er op neer dat een overheid (ook de vakbonden ! ) fundamenteel géén greep hebben op de markt. Soms laat de markt wat toe en dan kunnen de sociaal-democraten wat meer kruimels van de tafels van de rijken schrapen. Maar het rare is dat die rijken precies dan nog sneller rijker worden. Of nog: die kruimels helpen de rijken om rijker te worden.
In economische termen: het kapitaal heeft dan ook meer consumptie nodig en dus moeten de mensen wat meer inkomen hebben. We stoten hier op een van de contradicties van het kapitalisme: van de ene kant moet het kapitaal de arbeid zo weinig mogelijk betalen; van de andere kant moet het de consument toch ook genoeg inkomen geven. Er zijn weinig momenten dat dit spel echt in evenwicht is. Soms slaat de slinger over naar de ene kant, soms naar de andere. Daardoor ontstaan er fases in het kapitalisme. De sociaal-democratie is afhankelijk van die fases, maar heeft er geen invloed op en ondergaat ze. Ook als de sociaal-democratie een wat socialere politiek kan voeren, is dat in het voordeel van het kapitaal: in het kapitalisme staat de politiek per definitie in dienst van het kapitaal. In termen van macht: in het kapitalisme ligt de macht bij het kapitaal (daarvoor heet het het kapitalisme). De politiek is de uitoefening van macht en staat dus in dienst van het kapitaal.
Eigenlijk lost de sociaal-democratie dus niets op. Zeker niet als je bedenkt dat de economische toestand hier die een meer sociale politiek toestaat, het gevolg is van het feit dat ze elders de concurrentie met hier hebben verloren. Of nog: de kruimels hier gaan ten koste van armen elders.
Voorwaar de sociaal-democratie brengt ons een betere wereld !
Mensen die echt in de sociaal-democratie geloven zijn dom en als ze niet dom zijn, zijn ze egoïstisch.
Sorry linkse vrienden, maar soms moeten de zaken gezegd worden.
Nu, natuurlijk nog altijd liever de sociaal-democraten dan de liberalen.
En wat met de nationalisten ? Ik heb het hier over de N-va en niet over het vlaams blok want dat is een perversie van het nationalisme. Op zich passen ze niet in het spel. Het nationalisme is een ander thema, maar ter attentie van de linkse verlichten die het nationalisme afwijzen: er is wel een gelijkenis tussen de nationalisten en de sociaal-democraten.
De nationalisten kiezen voor de welstand van het eigen volk – in een modernere versie: voor de bevolking van de eigen natie. Ze zijn bereid de eigen welstand op te bouwen ten kosten van andere naties. Eigenlijk zijn ze daarin fundamenteel gelijk aan de sociaal-democraten. Het verschil ligt er in dat de grenzen anders getrokken worden: bij de nationalisten ligt de grens tussen winnaar en verliezer op de natiegrens. Bij de socialisten bij een andere economie. Maar ook dat is slechts theorie, want de belgische socialisten willen wel solidariteit onder de belgen, maar organiseren geen solidariteit met de Nederlanders. Ook bij hen ligt de grens bij de natie. Wil iemand me eens uitleggen waarom een belgisch nationaal socialisme beter zou zijn dan een Vlaams nationaal socialisme ? (Ik heb het niet over het nazisme ! )
Ik zou daarover kunnen doorbomen, maar dat is niet het opzet van deze blog. Wat er ook van zij: een rechtvaardige en dus sociale – kortom: menselijke – samenleving is binnen het kapitalisme niet mogelijk, tenzij voor af en toe een korte periode op een beperkt gebied en altijd ten koste van anderen. En daar kan de sociaal-democratie niets aan veranderen.
De Ville heeft het ook over de media. Daar is de toestand totaal hopeloos: die zijn volledig in handen van het grootkapitaal en zijn verworden tot een manipulatie-instrument, bedoeld om de mensen onbewust te houden van wat het kapitalisme eigenlijk is. Na ontroerende berichten over Vlaamse solidariteit met Waalse mensen, leiden de media dezelfde mensen dan af naar brood en spelen. Vergeet niet dat Chokri Mahassine (ja, die van Pukkelpop) een sociaal-democraat is !