Een moordenaar krijgt vergiffenis

Ignis

Marcel Uwineza SJ

Rwandees Marcel Uwineza SJ ontmoette de moordenaar van zijn broers en zus

In april 1994 vroegen de Rwandezen zich af: Waar is de God van Rwanda gebleven? Zal de zon weer schijnen in Rwanda? Achtentwintig jaar na de genocide geeft de Rwandese jezuïet Marcel Uwineza enkele antwoorden, gebaseerd op de noodzaak van bekering, de vooruitgang van het land, en zijn eigen reis

Marcel Uwineza probeert verklaringen te vinden voor de genocide in Rwanda. Een Rwandees kàn niet anders. Maar eigenlijk heeft het geen zin.

Net zoals het geen zin heeft om verklaringen te zoeken voor de holocaust en waarom zo iets mogelijk was in een van de cultureel meest hoogstaande landen van de wereld.

Hiermee heb ik ook al aangegeven dat het niet opgaat om – zoals sommigen graag doen – de oorzaak te leggen bij de in onze ogen primitieve negers.

Ik zal nu maar niet beginnen over wat er in Oekraïne bezig is; en over wat er binnen niet zo lange tijd ook bij ons te gebeuren staat.

Uwineza heeft het over de onvervreemdbare waardigheid van ieder mens, geschapen naar beeld en gelijkenis van God.

In zijn context mag je van mij deze interpretatie van de woorden uit het scheppingsverhaal hanteren.

Maar je kan de zaken ook omdraaien: als ieder mens geschapen is naar beeld en gelijkenis van God, hoe kan die mens dan in staat zijn tot zulke wreedheden ? Of zegt dat iets over God ? Betekent het dat God wreed is ?

Voor de niet zo geregelde lezers van deze blogs: als ik het over God heb, zit ik altijd in mythologisch taalgebruik: een taalgebruik dat je kan vergelijken met poëtische taal: een poging om iets te zeggen over iets wat je met gewone taal niet gezegd krijgt.

Neen, natuurlijk betekent het niet dat God wreed is. De God van Jezus is het tegenovergestelde van wreed. Hij is Liefde (1 Joh. 4,8)

Ik denk dat de interpretatie dat alle mensen recht hebben op waardigheid omdat ze geschapen zijn naar Gods beeld en gelijkenis, wel juist is, maar tegelijkertijd ook voorbijgaat aan de Joodse manier van denken.

In het Joodse denken houdt zo ’n uitspraak ook altijd een opdracht in: we zijn geroepen om mens te worden naar Gods beeld en gelijkenis.

Om de zaken aan mekaar te knopen: bij de schepping heeft God in ons de mogelijkheid gelegd om mens te worden naar zijn beeld en gelijkenis, maar het blijft nog altijd een opdracht om het echt te worden. Er is werk aan de winkel.

Voor wie het wat filosofischer wil zien: ik schakel over van oorzaak naar doel; naar teleologie; van denken in termen van oorzaak, naar denken in termen van doel.

De wereld draait niet zo maar gelijk hij draait omdat er oorzaken voor zijn, maar ook omdat hij ergens naartoe gaat. (Teilhard de Chardin)

Dat denken wordt dan meer poëtisch uitgedrukt in woorden zoals “roeping”. We worden ergens naartoe geroepen.

Roeping is ook rijker dan gewoon teleologie, want in teleologie kan je er van uitgaan dat de aantrekkingskracht van het doel volledig de evolutie bepaalt.

Bij roeping zit essentieel de idee vervat dat een roep niet kan gehoord worden: roeping houdt per definitie vrijheid in.

Een genocide zoals in Rwanda of de holocaust stelt de gelovige voor de vraag: waar was God ?

In eerdere blogs heb ik al geponeerd dat God niet zo maar gaat over iets of iemand, ergens, nergens overal, altijd… 

Als God liefde is, is hij een gebeurtenis. Liefde is een gebeurtenis. Ze is niet iets of iemand.

Misschien gebeurt God wel altijd ergens, maar zeker niet altijd bij ons. Hij gebeurt enkel als wij hem doen gebeuren door lief te hebben.

“Dat is mijn gebod (zegt Jezus): heb elkander lief…” (Joh. 15, 12)

Waar was God ? Hij was er niet omdat wij hem niet bij ons hebben doen/laten gebeuren.

Hij was er niet omdat wij zijn oproep om mens te worden naar zijn beeld en gelijkenis, niet hebben gehoord.

En we hebben die oproep niet gehoord omdat er teveel lawaai was, of omdat onze oren verstopt waren.

Want de oproepende God is ook een fluisterende God. De liefde immers schreeuwt niet, ze dringt zich niet op. 

Wie God wil horen moet dus durven stil zijn. Hij moet stilte inbouwen in zijn leven. Hij moet durven gaan zitten en het laten stil worden in hem.

Of we horen hem niet omdat we zelf teveel lawaai maken of teveel bezig zijn met de banale dingen zoals  genot, aanzien, schone schijn…

Of onze oren zijn verstopt door eigenwaan, of door de propaganda van de duivels (mythologische taal ! ) in de lichamen van de machthebbers en haatzaaiers.

Ontstoppers… dàt is wat onze wereld nodig heeft.

Maar God gebeurt dus.

Hij gebeurt in de moordenaar die vergiffenis vraagt en in de mens die vergiffenis geeft.

Zo is de God van Jezus ook een bevrijdende God: want die bevrijding vindt plaats zowel in de moordenaar als in de vergevende mens.

Haal verdomme de stop van de waan van vrijheid van de liberalen uit je oren !

 

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *