MO*
Een pandemie verandert de betekenis van het begrip “thuis”
Rachida Lamrabet: ‘Je welkom voelen is ook een kwestie van zelf je plek te claimen’
Rachida Lamrabet is een vrouw naar mijn hart. Open en wijs. Ze is een bewijs dat migratie kàn.
Neen, dat verandert mijn visie op migratie niet. Ik blijf tegenstander van de migratie zoals ze zich nu voordoet en van de multiculturele samenleving die er mee samenhangt. Het is niet omdat surrogaat linkse nuttige idioten weigeren om de problemen van de multiculturele samenleving te zien, dat ze er niet zijn. En het ergste: dat ze niet op te lossen zijn.
Lamrabet geeft zelf aan wat die migratie betekent als ze het heeft over haar vader: “‘… Hij sprak een heel andere taal, kende de sociale codes niet, moest andere arbeidsnormen leren kennen, andere manieren van onderhandelen … Dat is enorm…” Ik ben er van overtuigd dat de problemen waarvoor een immigrant zich gesteld ziet geweldig worden onderschat. Het gaat voor mijn part dan zelfs niet over de financiële en praktische problemen. Maar wel over de mentale, psychologische problemen.
De taal van de bevolking niet verstaan is oppervlakkig gezien een praktisch probleem. Maar het gaat natuurlijk veel dieper. Het leidt ook tot eenzaamheid, een gevoelen van er niet bij te horen en het roept vragen op over identiteit: wie ben ik eigenlijk ? Wat moet ik met andere opvattingen over goed en kwaad ? Over wat wel of niet wordt aanvaardt in omgang en dagelijks leven ? De immigrant is een lijdende mens, zelfs al zou zijn materiële en financiële situatie aanvaardbaar zijn en een verbetering, vergeleken met de toestand van waaruit hij vertrokken is.
Is het verwonderlijk dat een aantal van die mensen zich dan terugtrekken in hun eigen identiteit ?
Neen, ik wil niet dat ze hun identiteit opgeven. Maar je kan niet samen-leven zonder openheid op de andere. Is het geen begrijpelijke reflex als die mensen die openheid verliezen in situaties waarin ze ervaren dat hun identiteit niet begrepen wordt en ze het gevoelen hebben dat ze bedreigd wordt ? Het gevolg is dan dat het samen-leven moeilijk, zoniet onmogelijk wordt.
Is het abnormaal dat deze mensen mekaar opzoeken, in mekaars buurt gaan wonen en mekaar gaan bevestigen in het afwijzen van “de anderen” ?
De multiculturalisten moeten zich toch eens afvragen of de materiële vooruitgang opweegt tegen de mentale problemen ? Wat voor een materialisme is dit eigenlijk ?
Een en ander wordt natuurlijk versterkt door de afwijzing door een grote groep autochtonen. Die afwijzing wordt door de surrogaatlinksen gemakkelijk afgedaan als vreemdelingenhaat, eigen-volk-eerst-mentaliteit… Maar hoe komen mensen die in “normale” omstandigheden sociaal zijn er toe om die tegemoetkomende houding te verliezen tegenover “vreemdelingen” ? Ook hier spelen processen van pijn, bedreiging van identiteit, gevoelen van ongemak tegenover het onbekende… Linksen die hier geen begrip voor hebben, hebben van echte linksigheid niets begrepen. Het zijn ideologisch blinden. Ze zien de werkelijkheid niet meer zoals ze is omdat ze niet past in hun ideologisch kadertje.
Het is bewonderenswaardig hoe iemand als Rachida Lamrabet er in geslaagd is om zich uit de omknelling van de mentale foltering van de migrant los te werken. Zulke mensen zijn inderdaad een verrijking voor onze samenleving. Klak af en respect.
De essentie in hun verhaal is hun bekwaamheid om identiteit op een gezonde manier te beleven. Daarbij gaat het er om om identiteit te beleven als een groeiproces waarbij heel het leven lang nieuwe elementen de identiteit komen verrijken, waarbij deze verrijkingen negatieve aspecten op de achtergrond duwen of zelfs vervangen.
Eigenlijk is het simpel: fysisch ben ik nu een heel ander mens dan toen ik kind was, maar ik ben wel nog altijd dezelfde mens. Zo gaat het ook met gezonde beleving van identiteit.
Het krampachtig vasthouden aan een bepaalde identiteit kan je vergelijken met iemand die zou weigeren om volwassen te worden.
Maar natuurlijk moet de omgeving – de ouders, de naasten – gunstig zijn voor die groei.
De migratie is in geen geval een gunstige situatie.
Het moet dan ook niet verwonderen dat een groot aantal migranten mislukken in de gezonde beleving van identiteit.
De puberteit is een fase van intens zoeken naar identiteit. Als in die al moeilijke fase, bovenop ook nog eens het probleem van de immigratie komt wordt het wel zéér moeilijk. Het moet dan ook niet verwonderen dat een groot getal migrantenjongeren verloren lopen.
Het ergste daarin is misschien nog wel dat ze niet enkel mislukken in integratie, maar ook in menselijke groei. Het worden ongelukkige mensen. Net zoals de autochtonen die het contact met “de vreemde” niet verwerkt krijgen, daardoor geremd worden in gelukkig-zijn.
Het basisprobleem in het hele verhaal ligt in het feit dat verhalen van mislukking – al dan niet gedeeltelijk – veel talrijker zijn dan de succesverhalen.
Eigenlijk is het verhaal van Rachida Lambaret een verhaal van een dubbele migratie: van Marokko naar belgië en van de stad naar het platteland. In Limburg schijnt ze haar thuis gevonden te hebben.
Thuis.
Er zijn mensen die zich overal thuis voelen. Voor de meeste mensen is hun thuis verbonden met een plaats, een gekende omgeving. Een mens kan pas gelukkig zijn als hij “thuis” is. Ieder mens heeft recht op dat geluk.
Rachid Lambaret heeft blijkbaar dat geluk gevonden. Het is haar gegund.
Ondertussen blijf ik zitten met de wetenschap dat duizenden die (nieuwe) thuis niet gevonden hebben.
In wat voor een wereld leven we als het miljoenen mensen op gebied van gezonde ontwikkeling van identiteit en thuisgevoel zeer moeilijk tot onmogelijk wordt gemaakt om daarin te lukken ?
Het antwoord is duidelijk: het is de wereld van het geglobaliseerde kapitalisme.
Hoe kan ik me thuis voelen in die wereld ?