Herodes was koning toen Jezus geboren werd in Bethlehem. Hij kende de profetie uit het Oude Testament waarin werd voorspeld dat in Bethlehem een koning der Joden zou geboren worden. Logisch dus dat hij ongerust werd toen hij van de Drie Koningen hoorde dat zij een geboorteborrel hadden gedronken in een grot in Bethlehem, ter ere van de geboorte van een nieuwe koning.
Koningen staan er om bekend dat ze goed zijn in het oplossen van problemen en dus gaf hij soldaten opdracht om zijn probleem op te lossen en dat kind definitief koning-af te maken.
Maar er zijn nogal wat grotten rond Bethlehem en de Drie Koningen die wel begrepen hadden welke snode koninklijke plannen er werden uitgebroed, weigerden te vertellen in welke grot ze Jezus hadden gevonden.
Daarop gaf Herodes dan maar het bevel om alle jongetjes van twee jaar en jonger in en rond Bethlehem een kopje kleiner te maken. En zo geschiedde.
Maar een engel had Jozef gewaarschuwd en dus had hij zijn vrouw en kind opnieuw op zijn ezel gesjord en was al vertrokken richting Egypte, het Europa van toen, om daar asiel te vragen…
Moraal van het verhaal: waar een koning in de buurt is, kan je beter altijd een ezel hebben klaar staan. Lees verder “Feestdag van de onnozele kinderen”