De Groene Amsterdammer
Wat is eigenlijk het verschil tussen de klimaatactivisten en de ecomodernisten of ecorealisten ? Beiden gaan ervan uit dat er een klimaatprobleem is. Waarin verschillen ze als het gaat over de oplossingen voor dat probleem ? Er is natuurlijk de belachelijke ruzie over de kernenergie. Voor de rest komen de denkbeelden over wat er moet gebeuren grotendeels overeen: terugdringen van CO2, stopzetting van de fossiele energieproductie… Het eigenlijke verschil ligt hem gewoon in de perceptie van de hoogdringendheid.
De activisten willen de zaak forceren door wetten, die zowel personen als bedrijven moeten verplichten om de CO2 uitstoot te verminderen, de fossiele brandstoffen te bannen… Daarbij is een strikt tijdschema nodig. De tijd dringt ! De modernisten blijven rustiger tegenover de tijdsdruk. Ze geloven in de spontane vernieuwing. Ze gaan er van uit dat de drang naar technologische vernieuwing die in de westerse mens ingebakken zit, volstaat om de goede richting uit te gaan.
In beide opvattingen zijn er nieuwe technologische ontwikkelingen nodig. En eigenlijk geloven ook de activisten er in dat die vernieuwingen zullen volstaan om het probleem op te lossen.
Ik denk dat dit juist zou kunnen zijn voor het klimaatprobleem op zich. Maar het klimaatprobleem is slechts een onderdeel van het milieuprobleem. Dat bestaat er in dat de massale aangroei van de wereldbevolking die samengaat met een oneindige groei van productie en consumptie onvermijdelijk het planetair ecologisch systeem in verdrukking brengt.
In dat verhaal zitten twee elementen: de groeiende wereldbevolking, en het economisch systeem.
Ik verwerp drastische en ethisch onverantwoorde oplossingen voor de wereldbevolking. Laat ons a.u.b. niet beginnen met verplichte sterilisatie en dat soort nonsens. Ook de een-kind-politiek van de Chinezen brengt geen oplossing. Ondertussen is het bewezen dat alfabetisering en onderwijs wél leiden tot geboortebeperking. Daar zou dus de oplossing kunnen liggen. Die oplossing stoot op twee beperkingen: de islam en – daar komt het terug – het economisch systeem. Dat systeem laat gewoonweg niet toe dat er geld gaat naar alfabetisering en onderwijs als die niet nodig zijn voor de economie. Op dit ogenblik is er op wereldvlak nog veel economische bedrijvigheid die teert op ongeschoolde arbeid. Daar is geen enkele stimulans voor alfabetisering en onderwijs. Als door de nieuwe technologische ontwikkelingen er wél massale nood zou komen aan geschoolde arbeidskrachten, zou dat onderwijs er wél komen. Dan stelt zich de vraag of dit zo zal zijn ? Eerlijk gezegd, ik weet het niet. Maar ik betwijfel of de nood aan geschoolde arbeidskrachten zo massaal zal zijn dat hij echt invloed zal uitoefenen op de wereldbevolking. Ten eerste kan het ook zo zijn dat de technologische ontwikkeling, samen gaande met robotisering, juist de vraag naar ongeschoolde arbeidskrachten zal doen toenemen. Daarbij is de kans groot dat de technologische know how in handen zal blijven van een beperkte groep mensen. In ieder geval is het zo dat de stijging van de wereldbevolking niet op relatief korte termijn is terug te dringen.
Zelfs als dat wél zou lukken is het probleem nog niet opgelost. Want als meer mensen jobs voor hoger opgeleiden zouden gaan doen, zullen ze ook meer gaan consumeren, en dus zal ook samen met een krimpende wereldbevolking, de ecologische voetafdruk van de mens blijven groeien.
Er is dus slechts één factor die echt terzake doet: het economisch systeem. Het probleem ligt hem in de ongeremde groei. Ons systeem kàn niet zonder die groei. En die groei zit ook ingebakken in het systeem, want essentieel is de concurrentie. Neem de concurrentie weg, en je hebt een ander systeem. Welnu, die concurrentie maakt dat producenten, willen ze op de markt overleven, hun producten zo goedkoop mogelijk moeten aanbieden. Wie een gelijkaardig product duurder aanbiedt, zal verdwijnen. Maar als je iets goedkoper wil produceren moet je op zoek naar méér productie op minder tijd. En dat zoeken stopt nooit, en de slimste koppen worden ingeschakeld bij dat zoeken. Dat leidt onvermijdelijk tot eeuwig groeiende productie. Dat is het gevolg van de concurrentie, een kernelement van het kapitalisme.
Het is dus duidelijk dat er binnen het kapitalisme géén oplossing is voor de klimaat-milieuproblematiek.