Deze blog is een vervolg op die van gisteren.
Albert Frère heeft zijn eerste rijkdom vergaard door de oorlog in Korea.
Maar zijn grote slag heeft hij geslagen door chantage van belgische politiekers van alle partijen, maar vooral van de Waalse socialisten.
Hij was eigenaar van een hotel in de sjiekste laan van Brussel, de Louisalaan. Dat hotel werd graag bezocht door politiekers die wel eens wat seksueel wilden uitspatten. Wat de idioten niet wisten: Frère had er overal verborgen camera’s hangen…
Het Waalse staal, eigendom van de staat, was verlieslatend: de productie was te duur. Het bedrijf werd in stand gehouden door een enorme geldstroom aan subsidies.
Het was dus aangewezen om die staalbedrijven (Cockerill-Sambre) te sluiten, maar dat zou voor Wallonië een economische ramp betekenen, met massale werkloosheid, en dat kwam de PS niet goed uit.
Frère is er dan door chantage in geslaagd om de Waalse politiekers zo ver te krijgen dat het bedrijf werd opgesplitst: een deel was de productie, het andere deel de verkoop. De productie bleef eigendom van de staat, de verkoop werd eigendom van Frère. De staat subsidieerde de productie zodat Frère zijn staal van de staat kon “kopen” tegen een prijs waarbij hij toch nog winst kon maken in de verkoop… In dit verhaal spelen ook Willy Claes en de Luikse socialist André Cools een rol. Cools zal later vermoord worden… Spijtig genoeg is dat niet gebeurd met Claes. Ik trek deze woorden met spijt terug.
Uiteraard was het op de lange duur onmogelijk om die subsidie vol te houden, wat betekende dat de staalproductie dan toch moest stil gelegd worden. Frère was ondertussen door heel het spel stinkend rijk geworden. Maar welke politieker kon of wilde het staalbedrijf sluiten ? De politiekers die in de macht van Frère waren konden het niet, en de anderen wilden het niet om niet verantwoordelijk gesteld te worden.
Ze hebben dan de Fransman Gandois naar belgië gehaald met de opdracht om het staalbedrijf te sluiten met zo weinig mogelijk sociale gevolgen. Als er dan toch sociale gevolgen waren (en dat was onvermijdelijk), konden ze die in de schoenen van die Fransman schuiven. Dat kon die gast natuurlijk niet schelen, want zijn schoenen zaten al vol met geld van de belgische staat…
Frère heeft later wraak genomen door zijn geld te verhuizen van belgië naar Frankrijk waar hij woont, en Willy Claes scheidsrechter speelde bij tenniswedstrijden in Saint-Tropez. Willy zelf kan niet goed tennissen. Koning Boudewijn heeft het Frère lang kwalijk genomen dat hij zijn geld uit belgië heeft weggehaald. Het koningshuis profiteert nu eenmaal van alle geld in belgië. Na de dood van Boudewijn is Frère dan toch opgenomen in de belgische adel en baron geworden.
Het verhaal herhaalt zich bij de sluiting van de Limburgse mijnen. Toen hebben ze de belgische Hollander Thyl Geyselinck er bij gehaald om de vervelende klus te klaren. Die Hollander is dan wel betrapt op corruptie. Daarvoor heeft hij een belachelijke straf gekregen: vijf maanden voorwaardelijk en een geldboete van 135.000 BEF (zo’n €3.375). Daarna is hij ook nog de mijnen van Tjechië en Polen gaan sluiten. Of hij ook daar op corruptie is betrapt, weet ik niet.
Overigens: als er in belgië één politieker is die gemakkelijk te chanteren is, is het Elio Di Rupo. Maar dat is een ander verhaal.
Frère is tot hij zich officieel terugtrok uit de zakenwereld regent geweest van de belgische Nationale bank. Toen hij vertrok heeft hij geëist dat zijn zoon hem in de raad zou opvolgen; wat ook gebeurd is. Ook de kleinzoon van Frère is lid geweest van de regentenraad, maar is daar moeten vertrekken; naar men zegt omwille van een vrouwenaffaire.
belgië is gesticht door een bankiersfamilie, de Rothschilds. Herlees hierover mijn blog van 10 januari.
Dit zijn de tien rijkste belgen, de huidige eigenaars van belgië:
familie Lhoist-Berghmans
familie Janssen – Solvay
families Thermote en Vanhalst
familie Emsens (Eternit, asbest !)
familie Colruyt
familie Wittouck
familie Frère
familie De Mévius
familie De Spoelberch
familie Van Damme
Merk op dat van de tien er slechts drie niet Franstalig zijn.
Of: waarom de eenheid van belgië zo belangrijk is.
Ondertussen zingen wij vrolijk de brabançonne:
Oh Dierbaar belgië…. wees ons doel in arbeid…
En dat is het grappige: ook als je het niet zo bedoelt, toch is belgië het doel van je arbeid, want alle arbeid in belgië verrijkt de eigenaars van dit onland.
De spin in het web is Philippe, de chronisch geconstipeerde hark van Laeken.