NRC Handelsblad ( Nl )
Geminacht door de hoger opgeleiden, de culturele elite en de veelverdieners
NRC Handelsblad is een liberale krant. En dat merk je in de kritiek op de these van Michael Sandel.
Laat ons meritocratie allereerst positief waarderen omdat ze iemands positie in de maatschappij niet wil laten afhangen van afkomst, grond- of geldbezit, ras en geslacht. Als je het zo bekijkt kan je niet stellen dat onze samenleving echt meritocratisch is. Zeker belgië niet. Een monarchie is de duidelijkst mogelijke vorm van non-meritocratie. Voor antiracisten of feministen zou de monarchie een totaal onverdraaglijke idee moeten zijn. Dat geldt ook voor Groenen. Je kan toch niet tegelijkertijd aanklagen dat zwarten onderaan de ladder staan omwille van hun ras, en je mond houden over een koning die aan de top staat omwille van zijn afkomst.
Ik ben dus voor de meritocratie. Maar dan de echte, niet het surrogaat dat op dit ogenblik wordt verdedigd door de mensen die het reilen en zijlen van onze samenleving bepalen: de kapitalisten en de politieke machthebbers in hun dienst. Deze in zich corrupte elite – ik beweer niet dat elke politieker persoonlijk corrupt is – doet het graag voorkomen alsof de sociale ladder wordt bepaald door de verdienste voor de maatschappij. Die verdienste zelf wordt dan bepaald door talent, ontwikkeling van talent, en inzet van dat talent. De basis daarbij is het talent. Mensen met weinig talent kunnen wel wat goed maken door inzet, maar geraken nooit even hoog als mensen met meer talent en even grote inzet.
Nu stelt zich dadelijk de vraag: over welke talenten gaat het ? Worden alle talenten evenzeer gewaardeerd ? Blijkbaar wordt het talent van iemand die goed muren kan metsen (ik heb dat talent niet ! ) minder gewaardeerd dan dat van iemand die de relativiteitstheorie van Einstein begrijpt (dat talent heb ik ook niet ! )
Simpel gesteld: iemand die intellectueel meer begaafd is; die dat talent door scholing heeft ontwikkeld, en die het toepast in een intellectueel beroep, moet meer verdienen dan iemand die intellectueel minder begaafd is, ook al heeft hij andere talenten die de intellectueel niet heeft.
Dat is in grote lijnen onze meritocratie.
Fundamenteel gaat het om de vraag welke waarde iemand heeft voor de samenleving.
Toch dadelijk al even nuanceren, want in onze samenleving wordt iemands waarde zeker niet altijd bepaald door zijn waarde voor de samenleving, maar wel door zijn waarde voor de op winst beluste kapitalist.
Nu is waarde niet zo maar een objectief gegeven. De waarde van iets of iemand is altijd subjectief: wat is het/hij (mijn excuses bij transgenders) waard voor mij ? Die waarde voor mij kan zelfs veranderen met de tijd.
Dat persoonlijk subjectieve kan je omzetten naar het collectief subjectieve. De persoon wordt dan een groep of een samenleving.
Maar als de waarde voor de samenleving dus kan veranderen (bijvoorbeeld door voortschrijdend inzicht), is er geen enkele reden om aan te nemen dat de huidige waardebepaling voor de eeuwigheid moet vastliggen. Laat ons dus eens onderzoeken of er een andere waardebepaling mogelijk is dan die van de huidige meritocratie met die hoge waarde voor het intellect.
Op wat berust die superieure waarde van het intellect eigenlijk ? Die vraag lijkt overbodig want voor velen (lange tijd ook voor mij ) is het antwoord een evidentie: het is duidelijk, zelfs zonder dat ik er over nadenk. Maar dat is natuurlijk geen intellectuele houding. Dus toch maar die vraag.
Ik vind slechts één antwoord: intellect geeft macht. Kennis is macht. De evolutie van de levende wezens laat het duidelijk zien: de mens is het machtigste dier omdat hij de meest en best functionerende hersenen heeft. Dat zal het covid-19 nog wel ondervinden.
De meritocratie past in een mensheid die beestig is. De mens is gewoon een beest in een roedel met een pikorde. Observeer kiekens en je ziet het samenlevingsniveau van de meritocriete mensheid.
Wordt het niet tijd dat we ons superieur intellect eindelijk eens gaan inzetten, niet om hoger te staan op de ladder of om meer geld te verdienen, maar om het beest te overstijgen en om meer mens te worden, en ons de vraag gaan stellen of er geen andere waarde dan het aan macht verbonden intellect moet gaan bepalen welke verdienste iemand heeft voor de opbouw van de samenleving ?
Dat natuurlijk in de veronderstelling dat er al zoveel menselijkheid is dat het om de opbouw van de samenleving gaat en niet om de macht, comfort, luxe, geld van het individu, zoals eigen aan het kapitalisme.
In het kapitalisme gaat het immers niet om de samenleving, maar om het individu. Zorg om de samenleving is voor de kapitalist een zaak van naïevelingen. Kapitalisten zijn nog erger dan kiekens als het op menselijkheid aankomt. (Sorry, Gaia ! )
Wordt het niet tijd dat we mensen gaan waarderen om de reële inzet voor de samenleving ? Is een domme mens die zijn gehandicapte broer opvangt niet evenveel waard als een slimme mens die een brug ontwerpt ? Leg me eens uit wat die slimme ingenieur zou zijn zonder de betongieter voor zijn brug ? Voor hun brug ? Beiden zijn even noodzakelijk. Waarom is de ene dan meer waard dan de andere ? Zeker als ze even hard werken. (Als domme mensen even veel waard zijn als slimme, mag ik de term domme gebruiken.)
Ja, het gaat natuurlijk ook over geld. En dan rijzen praktische bezwaren: terwijl de ingenieur nog studeert en niets verdient – integendeel: hij moet er nog geld in steken – heeft de betongieter al een inkomen. Dat is niet rechtvaardig. Maar voor dit soort problemen zijn er oplossingen. Ik heb die oplossingen, maar mijn blog gaat stilaan naar de duizend woorden, dus zoek ze maar zelf. Als ik met mijn beperkt intellect ze kan vinden, dan jij ook !
Neen, ik maak me geen illusies: er zit nog te veel kieken in de mens. De beestige meritocratie zal nog wel wat voortleven. Maar niemand kan mij verplichten om het kieken uit te hangen.