Over kreupelen, schelen en andere gehandicapten

Kerknet

Coördinator Suzanne Nelis: ‘In de Ark mag je zijn wie je bent’

Suzanne Nelis is gemeenschapsverantwoordelijke in de Arkgemeenschap van Antwerpen. Ze bestiert er de dagelijkse werking.

De Arkgemeenschap is in de jaren ’70 ontstaan als een leefgemeenschap en werkt tot op vandaag community based. Het kernidee is dat mensen met én zonder een beperking samenleven zoals je in een gezin doet

Ik heb een oneindig respect voor mensen zoals Suzanne Nelis.

Neen, zij strijdt niet tegen het kapitalisme en probeert niet de wereld te verbeteren. Maar ze verbetert wel het kleine wereldje rond haar. 

En ze is voor mij als strijder tegen het kapitalisme een waarschuwing: wat betekent mijn strijd als ik niets beteken voor de concrete mensen rond mij ?

Dat wil niet zeggen dat de strijd om structuren waardeloos is. Die strijd is nodig, want ook Suzanne Nelis botst op structuren. Er is dus inzet nodig op beide vlakken. Maar laat het duidelijk zijn: wie enkel inzet op het vlak van de structuur belandt onvermijdelijk in een perversie. Als ik moet kiezen tussen mijn blogs tegen het kapitalisme en de concrete beleving van vriendschap, is de vriendschap evident prioritair.

Die vriendschap heeft niets te maken met oppervlakkig sociaal gedrag. Ook een bekrompen liberaal kan gezellig zijn aan de toog of aangenaam om mee te gaan fietsen. Bij de elite is fietsen hip.

Er is een verschil tussen kameraadschap en vriendschap.

Kameraadschap gaat om aangename omgang; om iets samen graag doen.

Vriendschap gaat om diepe bekommernis om andermans welzijn en om engagement daarvoor.

Als je aan mensen vraagt wat het verschil is tussen kameraadschap en vriendschap krijg je dikwijls als antwoord dat vrienden mensen zijn die je vertrouwt; aan wie je alles kan zeggen. Maar dat vertrouwen is een uiting van iets dieper liggend: de wetenschap dat iemand van je houdt.

Vriendschap is liefde. Een liefde die zich onderscheidt van wat mensen gemeenzaam liefde noemen doordat ze niet beleefd wordt in lichamelijke intimiteit, in geëngageerd concreet samen leven, en – in normale omstandigheden – in vruchtbaarheid.

Vriendschap laat de andere op een andere manier vrij.

Om zeker niet verkeerd begrepen te worden: liefde heeft niets van doen met verliefdheid. Verliefdheid is narcistisch.

Eigenlijk is het gewoon een kwestie van menselijkheid en is er niets speciaals aan de beleving van vriendschap. Toch is ze zeldzaam. Iemand kan veel kameraden hebben, en geen vrienden.

Ook opvallend: het is goed mogelijk dat je een vriend veel minder ziet dan een kameraad.

In de werkelijkheid zijn de zaken natuurlijk niet zo mooi gescheiden.

Wat in de ark beleefd wordt is vriendschap. Maar het is een speciale vriendschap: de vriendschap tussen mensen met en zonder een beperking.

Nu is dat natuurlijk een ietwat loze  uitspraak. Want ik zal ze natuurlijk niet aan jullie neuzen hangen, maar ook ik heb mijn beperkingen. Dat gaat dan over de beperkingen waarvan ik me zelf bewust ben.  Ik ondervind geregeld dat medemensen me nog andere beperkingen toedichten. Maar daar ben ik het natuurlijk niet mee eens. Tenzij ze van een vriend komen.

Tegenwoordig lijken benamingen belangrijk. Zwarte Piet mag niet meer Zwarte Piet genoemd worden, en arme landen bestaan niet meer. Gehandicapten ?

Gehandicapten moeten  nu mensen met beperkingen genoemd worden. Ik stel voor dat we het voortaan hebben over mensen met andere beperkingen.

Alhoewel. Wat is er eigenlijk mis met een term als “kreupele”, “dove”, stomme”, “schele”… ? Ik ben ooit verliefd geweest op een meisje dat scheel was. Ik vond dat schattig.

Maar goed dus: mensen met andere beperkingen. Kortom: mensen zoals jij en ik, maar anders, net zoals jij en ik anders zijn, maar op een andere manier anders.

Dat ander anderse wordt dan eigenlijk bepaald doordat die anders andere niet helemaal beantwoordt aan wat de samenleving als normaal beschouwt, waarbij “normaal” nogal samenvalt met: gemakkelijk functionerend, nuttig, efficiënt…

Welnu, laat ons onze samenleving maar eens herdenken en onze obsessie voor efficiëntie sterk relativeren. Leve de inefficiëntie !

Algemeen maatschappelijk kan dat natuurlijk niet binnen het kapitalisme – verdomd, daar zit ik toch weer op dat spoor – maar in ons persoonlijk leven is wel wat mogelijk. De Arkgemeenschap bewijst het.

In die zin is de Arkgemeenschap een aanklacht tegen het kapitalisme en wordt de dualiteit waarmee ik deze blog begonnen ben toch gedeeltelijk opgeheven.

Ja, dit is een pleidooi voor het cultiveren van inefficiëntie.

Voor mij kadert het geheel in de kernboodschap van het christendom: de liefde die niemand uitsluit.

Normaal houden we van iemand om bepaalde kwaliteiten. Hij is iets waard voor ons. Hij heeft iets dat ons aanspreekt. 

Daartegenover staat de liefde die door het evangelie wordt geëist. Ze gaat over de liefde voor iemand die geen waarde voor ons heeft uit zichzelf, maar die waarde krijgt doordat ik hem bemin.

Als je daarover doordenkt ontdek je dat hier zich iets afspeelt wat boven de mens uitstijgt. Kan je, menselijk gezien, eisen van mij dat ik hou van iemand die niets betekent voor mij ? Kan je van mij eisen dat ik hou van iemand die niet van mij houdt ? Meer nog: dat ik hou van iemand die me haat ?

Nochtans is dat de eis die het evangelie stelt aan de christen. Die eis is bovenmenselijk.

Hier stoten we dus op het goddelijke. Altijd opnieuw stelt men me de vraag: bestaat God ? Wat is dat voor een vraag ? Je kan die vraag enkel beantwoorden als je weet wie of wat God is. Het evangelie geeft een antwoord op die vraag: God is de eis om lief te hebben wie geen liefde verdient. En ja dus: die God bestaat. Die God bestaat vanaf het ogenblik dat iemand zich bewust wordt van die eis. Jezus is de verpersoonlijking van die bewustwording. Daarom wordt hij terecht God genoemd.

Deze God van de christenen is dus in zich een aanklacht tegen het efficiëntie-denken. Ik zal hier maar niet meer herhalen wat dat betekent voor ons economisch systeem.

En ja, ik ben God niet. En ik slaag er niet zo goed in als de mensen van de Ark om die eis te beantwoorden. Liefde voor De Croo is veel te hoog gegrepen. Maar als ook ik daardoor tekort schiet aan verdienste om liefde te verdienen, wordt me dat niet aangerekend. Ook ik heb recht op mijn beperkingen. Iedereen heeft recht op zijn Ark.

 

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *