Ignis
Waarom openen de jezuïeten in de Lage Landen een nieuwe school in Brussel?
Jullie kennen mijn mening over de islam. Ik heb het dan over de islam zoals die zich hier nu bij ons voornamelijk voordoet. Die islam is niet in overeenstemming te brengen met onze waarden en cultuur.
Het gaat om een geheel van opvattingen over goed en kwaad. Die opvattingen worden in een samenleving vertaald in wetten en voorschriften. De islamitische opvattingen van goed en kwaad botsen met onze wetgeving. De islam is een bedreiging voor de rechtstaat.
Die bedreiging wordt natuurlijk pas reëel als de aanwezigheid van de bedreigende ideologie een bepaalde schaalgrootte bereikt.
Iemand kan het niet eens zijn met onze opvattingen over het recht op eigendom en het daaruit voortvloeiende verbod op stelen en zich lustig overgeven aan diefstal. De aanwezigheid van die mens in onze samenleving is vervelend, maar geen bedreiging voor de samenleving. Als hij betrapt wordt, halen we hem een tijdje weg uit de samenleving en steken hem in de gevangenis in de hoop dat hij daar tot betere inzichten komt.
Maar als er in onze samenleving duizenden mensen vinden dat alles van iedereen is en diefstal eigenlijk geen diefstal, is er wél een groot probleem en wordt de cohesie van de samenleving die nodig is voor samen-leven aangetast. Het gaat daarbij om de vraag hoe groot de massa moet zijn om kritisch te worden.
Ik denk dat op dit ogenblik die kritische massa bij ons nog niet bereikt is, maar ook dat we er niet meer ver van af zijn. In ieder geval is het belangrijk om de aangroei van aanhangers van de islam stop te zetten. Anders gezegd: immigratie is nooit helemaal uit te sluiten en die uitsluiting is ook niet wenselijk, maar immigratie van mensen met een opvatting over mens en samenleving die te fel verschilt van de onze moet vermeden worden.
Maar er is de ideologie en er zijn de mensen. Ik kan de islam wel ongenadig veroordelen. Dat kan niet bij mensen, tenzij ze misdaden plegen. En zelfs dan blijven het mensen. Als het gaat over terrorisme is die houding natuurlijk zeer moeilijk en bijna onmogelijk. Maar wat sommige rechtsen ook beweren: terroristen zijn ook binnen de moslimgemeenschap zeer grote uitzonderingen. De normale moslim heeft zijn rechten als mens, ook al is de islam totaal verwerpelijk.
Nu kan ik duizend maal denken dat die moslims hier beter niet zouden zijn; ze zijn er en ze hebben recht op mijn respect en zelfs openheid om te proberen om hen te begrijpen. Rechts pleit er voor om die mensen het land uit te zetten. Het gaat dan niet over immigranten die hier aankomen en geen recht op asiel kunnen gelden. Ik denk dat het wél terecht is om die mensen “terug” te sturen. Maar het gaat om moslims die wettelijk het recht hebben om hier te zijn. Ik aanvaard geen omvolking in de zin van de verwijdering van de moslimbevolking. Je kan mensen die hier geboren en getogen zijn, wiens kinderen hier opgroeien en naar school gaan niet zo maar weg jagen; zelfs niet als ze in concentratiewijken leven in een soort van afgesloten gemeenschappen.
En dus moeten we een manier vinden om er mee te leren leven in een proces van herstel van cohesie. Dat betekent: ontmoeting.
Neen, ik heb het niet over het belachelijke schouwspel van een koning die deel neemt aan een Iftarmaaltijd. Volgende maandag eindigt de ramadan en vieren de moslims het suikerfeest. Linksen vinden het dan leuk om veel te zoete koekjes te gaan eten bij zorgvuldig uitgekozen moslimfamilies om zo zichzelf wijs te maken dat ze open van geest zijn. Dat is allemaal van een ontstellende oppervlakkigheid op het niveau van de Vlaming: die drinkt een glas, pist een plas en alles blijft zoals het was.
Neen, geef mij dan maar de Jezuïeten.
Ik sta volledig achter de idee van de school die ze gaan oprichten in Molenbeek: het wordt een plaats van diepgaande ontmoeting met respect voor mekaars mening en een oefenschool voor openheid van geest, precies wat onze samenleving nodig heeft.
Nu moet je de Jezuïeten niet onderschatten. Intellectueel is het de sterkste kloosterorde. De dominicanen denken dat ook van zichzelf, maar de Jezuïeten staan toch nog een stapje hoger.
Die Jezuïeten zijn niet dom. Een stommerik geraakt er niet binnen.
Je krijgt ze niet omgepraat. Een Jezuïet verandert niet zo maar van gedacht: hij heeft grondig nagedacht voor hij zijn mening vormde en dus moet je met heel goede argumenten komen om hem te overtuigen. Er is dus geen enkel gevaar dat hun school in Molenbeek zal verworden tot een islamitische propagandaschool.
Als je Jezuïeten een vraag stelt, antwoorden ze met een wedervraag. Ze willen je geen antwoord geven, maar dagen je uit om het zelf te vinden. Socrates heeft dat van hen afgekeken.
Ze zijn ook ongelooflijk koppig. Jezuïeten houden hun broek op met wilskracht. Die koppigheid wordt er ingeramd van in de jezuïetencolleges en verder geperfectioneerd in hun opleiding. De opleiding tot Jezuïet kan gemakkelijk tot 15 jaar duren. In die tijd kan je héél koppig worden.
Jezuïeten staan bekend voor het hoge intellectuele niveau van hun colleges. Ze zullen ook in Molenbeek geen toegevingen doen op gebied van niveau van hun onderwijs. Ze zullen er – terecht – van uitgaan dat moslimkinderen en kinderen van migranten fundamenteel even getalenteerd zijn als kinderen van eigen volk.
Hun school zal de besten uit de gemeenschap van Molenbeek aantrekken.
De Jezuïeten zullen ze niet proberen te bekeren. Maar ze zullen wel een nieuwe generatie vormen van moslims die bereid zijn om na te denken; om vragen te stellen: om zichzelf in vraag te stellen… en ze zullen dat doen zowel bij leerlingen van aso als van tso en bso. Dat deze vorming gebeurt op alle niveau’s is van groot belang.
Eigen aan de Jezuïeten is dat ze de leerlingen doordringen van de idee dat ze op school zijn om hun talenten te ontwikkelen en dat ze die talenten in dienst moeten stellen van de samenleving. Dat is cruciaal bij een bevolkingsgroep die een bedreiging voor de samenleving zou kunnen zijn.
Na deze elogie van de Jezuïeten moet ik terug met beide voeten op de grond komen: Herman Van Rompuy is een oud-leerling van de Jezuïeten. Zelfs zij kunnen falen.