Sampol
Over de moeilijkheid nog socialist te zijn
Eric Corijn brengt een mooie analyse van onze samenleving en het socialisme vandaag.
Zijn stelling dat in Vlaanderen onder impuls van Elchardus (die Conner Rousseau inspireert) het socialisme van de derde weg geëvolueerd is naar een nationalistisch protectionisme is juist.
Maar let op zijn formulering: nationalistisch protectionisme.
Protectionisme ? Dus geen socialisme meer ?
De term protectionisme die Corijn hanteert is niet correct voor wat Elchardus voorstelt.
Protectionisme is een economisch beleid, gekenmerkt door sterke interventie van de staat, om de eigen producten te beschermen tegen de concurrentie uit het buitenland.
Bij mijn weten is de bocht van Elchardus niet gericht op de bescherming van eigen producten. Van het woord protectionisme is enkel de sterke interventie van de staat van toepassing op wat Elchardus bedoelt. En toch gebruikt Corijn het woord protectionisme. De reden is duidelijk: hij wil het woord socialisme vermijden. Want als hij dat wel gebruikt, zouden we uitkomen bij nationalistisch socialisme. Dat doet Duitse belletjes rinkelen. En doet kijken naar Conner.
Hij centraliseert de macht binnen zijn partij rond de persoon van de voorzitter; organiseert een sterke personencultus; en wil van zijn partij ook een beweging maken. Ik ga er hier niet verder op in, maar google eens Mussolini …
Neen, Conner is zeker niet bekeerd tot het fascisme, maar samen met het nationalisme van Elchardus zijn er wel redenen om ons zorgen te maken.
Die redenen zijn overigens niet enkel beperkt tot de evolutie van het socialisme.
Er is natuurlijk het electoraal succes van het vlaams blok, maar misschien zeker even gevaarlijk is de evolutie naar een andere vorm van verrechtsing: een democratisch verkozen overheid die de mainstream media gebruikt om de burger te manipuleren zodat hij alsmaar meer ingrijpen van de overheid in het dagelijkse leven van die burger accepteert. Ook dat leidt naar een vorm van dictatuur. Dat die overheid dan zogezegd gecontroleerd wordt door democratisch verkozenen, verandert niets aan het aspect dictatuur.
Merk op dat de overheid zelf in onze democratie niet samenvalt met democratisch verkozenen. Een politieke partij die electoraal niets betekent levert de premier en een aantal ministers hebben zelfs niet meegedaan aan de verkiezingen. Het democratisch gehalte ligt enkel in het parlement, en dat weegt totaal niet op tegen de macht van de regering. Democratie ? Gebouwd op manipulatie ?
De verrechtsing van de samenleving zit veel dieper dan het rechtse van het vlaams blok.
Maar terug naar het socialisme van Elchardus.
Zijn denken is logisch.
Als socialist is hij voor solidariteit.
Solidariteit veronderstelt gemeenschap.
Het is een van de grote vergissingen van het socialisme na de Tweede Wereldoorlog dat het gemeenschap als basis voor solidariteit uit het oog is verloren. Met het verdwijnen van de socialistische voetbalclubs, turnkringen, fanfares, toneelverenigingen … is ook de socialistische gemeenschap uit mekaar gevallen. Zonder de basis van gemeenschap verwordt solidariteit tot een puur materialistisch contract. En dat leidt onvermijdelijk tot een profiteursmentaliteit waarin enkel rechten en zo weinig mogelijk plichten gelden.
Bij wijze van voorbeeld: een ziekenkas is een verkoper van verzekeringen geworden. Dat er, anders dan bij commerciële verzekeringen, (theoretisch) geen winstoogmerk is, verandert niets aan de zaak. Ken jij iemand die niet probeert om zoveel mogelijk uit een verzekering te halen met zo weinig mogelijk bijdrage ? Dat is het tegenovergestelde van solidariteit.
Een ziekenkas is veranderd van een ledenvereniging tot een klantenbestand.
Elchardus schijnt dat ingezien te hebben en legt nu opnieuw de nadruk op het aspect gemeenschap.
Maar hij zit met een probleem: vanuit marxistisch denken moet het de staat zijn die alles in handen heeft. Ook nu pleit links voor een “nationalisering” van de energieproductiemiddelen. Denk terug aan het “protectionisme” van Corijn: het gaat om staatsinterventie.
Maar als het de staat is die de solidariteit organiseert, veronderstelt dit dat de staat een gemeenschap is.
Dit is de bepaling van de natiestaat: een staat die de bevolking als een gemeenschap ziet; die een gemeenschappelijke identiteit nastreeft … De canon van De Wever. De nationale vlag en hymne, voetbalploeg … tous ensemble, het belgische nationalisme van De Croot.
Als Elchardus de gemeenschap opnieuw wil valideren, maar de staat als die gemeenschap ziet, verzeilt hij onvermijdelijk in een vorm van nationalisme.
De staat als oplossing voor het probleem van de solidariteit is een serieuze vergissing van “links”. Ook al van voor de nieuwe richting van Elchardus. Want voor de romantische negentiende eeuwers kan de staat misschien wel als een gemeenschap – natie – mogelijk geleken hebben, in de praktijk kon enkel een staat die samenviel met een “volk” een gemeenschapsgevoelen ontwikkelen op basis van gemeenschappelijke geschiedenis, taal, morele inzichten, geplogenheden …. identiteit.
Daar waar een bevolking uit meerdere “volkeren” bestond, is de gemeenschapsvorming nooit gelukt. Die staten werden geen naties. Wél was het mogelijk er patriottisme te ontwikkelen: vaderlandsliefde, maar dat is niet hetzelfde als gemeenschap.
Een voorbeeld van zo ’n staat is de USA die ontstaan is uit massale immigratie van verschillende volkeren en er nooit in geslaagd is om voldoende gemeenschap te ontwikkelen en dus een natiestaat te worden om ooit een solidariteit zoals een sociale zekerheid te ontwikkelen.
In belgië is de natievorming gelukt zolang de Vlamingen geen volk waren, maar een zooitje dialect sprekende armoezaaiers, en het land eigenlijk uit één volk – Franstaligen – bestond met Vlaanderen als onbetekenend aanhangsel.
Door de ontwikkeling van een Vlaams volk is de basis voor nationale solidariteit in belgië verdwenen. Ze wordt enkel kunstmatig nog in stand gehouden.
Belangrijker nog is het feit dat niet alleen de VS, maar ook wij – Europa – door een beduidende constante migratie de basis voor een gemeenschapsgevoelen zijn kwijt geraakt. En dus is de verrechtsing ook op die manier onafwendbaar.
Elchardus en Rousseau hebben begrepen dat de belgische natie uit mekaar gevallen is en zoeken dus een basis voor solidariteit in wat ze nog als een gemeenschap zien: Vlaanderen.
Ze vergissen zich: ook Vlaanderen is door de multiculturele samenleving geen gemeenschap meer; Het begrip Vlaams volk is uitgehold door de migratie en de pogingen van De Wever en Jambon zijn gedoemd om te mislukken.
Wat Elchardus en Rousseau nog niet begrepen hebben: ze moeten de staat afschrijven als basis voor solidariteit. Het socialisme moet terug gemeenschap organiseren, gewoon binnen de eigen werkerswereld, los van de staat. Die gemeenschappen moeten kleinschalig zijn, maar samenwerken om de nodige schaalgrootte te bereiken.
Om een beetje concreet te eindigen: waarom organiseert het socialisme geen solidariteit, los van de staat tussen de arbeiders van een bepaalde sector, kleinschalig, per bedrijf, maar samenwerkend tot een Europees verband dat schaalgrootte genoeg heeft om een eigen ziekenkas, pensioenkas … te organiseren ?
Zulke Europese werkers verenigingen zouden een geweldige hefboom zijn in de strijd tegen het kapitalisme.