Knack
Rebecca Thys Mieke Schrooten Harm Deleu
‘Wat de onderbelichte kanten van dak- en thuisloosheid in Brussel ons leren’
Alle respect voor de auteurs van dit artikel. En toch is het ontgoochelend omdat ik nergens ook maar een schijn van een oplossing zie opduiken.
Ja, er wordt gesproken over betere eerste lijnzorg en meer sociale woningen. Maar eigenlijk is dit oppervlakkige symptoombestrijding.
Het gaat er toch niet om om aan daklozen een dak te bezorgen ?
De inzet van mensen die zich om deze daklozen bekommeren is bewonderenswaardig. Maar als je je engageert om daklozen te helpen, moet je je toch ook de vraag stellen: hoe komt het dat deze mens dakloos is ?
Liberalen zullen het hier graag hebben over persoonlijke verantwoordelijkheid. Als ik met socialisten spreek zal ik de nadruk leggen op persoonlijke verantwoordelijkheid, want socialisten vergeten die verantwoordelijkheid graag. Daarmee doen ze de menselijkheid van hun “klanten” (tegenwoordig zijn het geen leden meer, maar klanten) te kort.
Maar als ik met liberalen spreek zal ik hun gedaas over persoonlijke verantwoordelijkheid als belachelijk afdoen omdat ze van andere factoren niet willen weten.
Ja natuurlijk zijn er mensen dakloos omdat ze de verkeerde beslissingen hebben genomen. Maar hoe verkeerd die beslissingen ook kunnen geweest zijn, niemand verdient het om op straat te moeten leven.
Velen zijn ook gewoon zwak geweest. Ze konden sommige situaties niet aan en hebben zich laten gaan. Maar heeft niet iedere mens recht op zwakheid ? En ook nu weer: geen enkele zwakheid mag er toe leiden dat mensen buiten de samenleving verzeilen.
Als je er echt op doordenkt zijn die daklozen gewoon verliezers. Of ze nu al dan niet verliezers zijn door eigen schuld, dikke bult, doet er niet toe. Wat is dat voor een samenleving waarin het leven een strijd is met verliezers en winnaars ?
Vroeger heb ik ook nog de leuze geroepen: het leven is een strijd. Gelukkig heb ik ingezien dat dit pure nonsens is.
Het leven is een opdracht. Maar geen strijd en al zeker geen strijd met anderen.
Bij de beesten zou je kunnen zeggen dat het leven een strijd is. Sommigen zeggen dat de mens ook maar gewoon een beest is. Ze leggen de rode loper voor een beestige mensheid, met beestige mensen aan de macht. Moet ik namen noemen ?
Laat een groep mensen aan een bergtocht beginnen. Altijd zijn er die het belangrijk vinden om als eerste boven te komen. Maar wie is de sterkste: hij die als eerste boven komt, of hij die als laatste boven komt met een zwakkere op zijn rug ?
Bij die bergtocht heb je een mooi beeld van onze mensheid: enkelen komen bij de eersten boven. Het zijn de rijkeren. Een grote groep vormt de middenmoot. Je hebt een aantal achterblijvers die er toch geraken. Sommigen geraken er niet, en anderen vallen in een ravijn.
Het is simpel: de enige goede manier is een hechte groep die samen blijft; met sterkeren die zwakkeren ondersteunen.
Nu zien we bij ons in West-Europa wel wat ondersteuningsmechanisme, zoals een sociale zekerheid, maar je kan onmogelijk stellen dat de samenleving een hechte groep is.
Een samenleving die ook een gemeenschap is, is in het kapitalisme onmogelijk omdat het kapitalisme concurrentie en winstbejag cultiveert.
Nu is echte gemeenschapsvorming enkel op kleine schaalgrootte mogelijk. De samenleving als hechte groep is dus ook buiten het kapitalisme niet mogelijk.
Maar de samenleving kan wel een samenleving worden die elke mens waardeert en meetrekt en verlost van de concurrentie. Daarvoor moet ze gewoon de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens in werkelijkheid omzetten. Zowat iedereen aanvaardt die Rechten, maar ook zowat iedereen aanvaardt dat het niet mogelijk is om ze te implementeren. Een mens heeft recht op werk. Het wordt aanvaard dat het niet mogelijk is om dat effectief te maken. Hetzelfde geldt, bijvoorbeeld, voor huisvesting. Welnu, binnen het kapitalisme is het inderdaad onmogelijk om de Mensenrechten te verwerkelijken.
Nochtans is er een simpele oplossing: een basisinkomen, beduidend boven de armoedegrens.
Ik kan dit thema in dit bestek niet verder uitwerken. Wie er in geïnteresseerd is, moet maar mijn boek Eutopia lezen. Daar ga ik dieper in op dit onderwerp.
Hetzelfde geldt voor een andere belangrijke stap: de materiële waardering voor elke inzet van mensen voor de samenleving. Ook de opvoeding van kinderen, het voorzitterschap van een amateur sportclub, mantelzorg… is inzet voor de samenleving. Nu worden deze inspanningen niet aanzien als arbeid. Ik ga niet over woorden discussiëren, maar iedere inzet voor de samenleving moet gewaardeerd worden, net zoals arbeid gewaardeerd wordt, en geeft dus recht op een inkomen. Leg zelf het verband met het basisinkomen.
Kortom: het kan ! Maar niet binnen een economie met de concurrentie als motor, gericht op winstbejag en met een tweespalt tussen kapitaal en arbeid waarbij het kapitaal de macht heeft.
Ooit zal de mensheid de stap naar Eutopia zetten. Tot dan mogen we de verliezers, de daklozen… niet in de steek laten. Dus nogmaals: alle respect voor de mensen die zich voor hen inzetten. Maar inderdaad: het is dweilen met de kraan open. Dat de aantallen van mensen in de miserie sterk stijgen, ook in onze geprivilegieerde, op wereldvlak uitzonderlijke, samenleving met sociale zekerheid, (nog) betekenisvolle vakbonden… moet toch aan het denken zetten.
Of nog: als die bewonderenswaardige mensen het echt menen moeten ze niet enkel een oplossing zoeken voor de concrete problemen van vandaag, maar ook naar een visie op onze samenleving op langere termijn.
Concrete inzet en strijd tegen het kapitalisme mogen mekaar niet uitsluiten. Integendeel.
PS Je kan Eutopia gratis lezen en/of downloaden, ook in ebookformaat op deze website onder de rubriek Publicaties.