Ignis
Klooster Nieuw Sion, waar alles oud én nieuw tegelijk is
Ja natuurlijk, ik weet ook wel dat een aantal mensen onmiddellijk afhaken als het over geloof en zeker over kloosters en monniken gaat.
Velen hebben een soort viscerale afkeer. Sommigen vanuit negatieve ervaringen.
Oudere mensen kennen nog de plaat die overal aan de muren hing: een driehoek (de heilige drievuldigheid ! ) met daarin een oog: God ziet u ! Hij ziet alles ! Pas dus maar op want geen enkele zonde blijft onbestraft ! De duivel wacht likkebaardend in de hel. Welke verstandige mens wil nu te maken hebben met God, de bestraffer ?
In een poging om dat onrecht tegen de mensheid goed te maken hebben de pastoors dan God, de goede vader, naar voor geschoven. Die goede vader is iemand die voor ons zorgt. Maar wat moet een kind met dat beeld als zijn vader het afranselt of in de steek laat ? En ja, in de evangelies heeft Jezus het over de goede vader als beeld voor God. Maar die goede vader van Jezus is niet iemand die zorgt voor zijn zoon. Hij doet het tegenovergestelde: hij geeft hem zijn deel van de erfenis om er ver van huis mee op de lappen te gaan, hoeren te betalen en in de goot terecht te komen. Dat noem ik geen voorbeeld van zorg. Maar voor Jezus ging het er om dat die vader goed is, omdat hij zijn terugkerende zoon met open armen ontvangt. De God van Jezus en de God van Johannes die liefde is, is geen zorgende god, maar een God die ook liefheeft wie zijn liefde niet waard is. Dat is iets anders dan zorg.
Er zijn de mensen die in hun jeugd gelovig gebeden hebben. Ze zijn daarbij niet verder geraakt dan het vraaggebed. Dat kan enkel leiden tot ontgoocheling. De god probleemoplosser bestaat niet. Die god wordt dus overboord gekieperd. Einde verhaal.
Je hebt ook de kinderen die door enthousiaste catecheten zijn binnengeleid in “Jezus, mijn vriend”-gedoe. Die catecheten vinden dat ze daardoor het geloof toegankelijk maken voor kinderen. Maar die kinderen groeien op en ondervinden dat die vriendschap slechts van één kant komt. De andere kant is inbeelding.
De bewoners van Sion hebben een andere God gevonden. Een God die hen oproept om “anders” in de wereld te staan.
Ze beleven eigenlijk geen godsdienst, maar wel religie. Voor velen heeft die God geen naam. Ze weten niets over hem. Hij is een aanvoelen van de grootsheid van de schepping en van het mooie van het kleine. Hij is openheid voor de andere, voor nabijheid en voor onbaatzuchtige en onvoorwaardelijke liefde.
Dat hij God is, betekent dat dit aanvoelen en deze openheid voor deze mensen het belangrijkste van hun leven wordt; het toppunt van hun mens-zijn.
Ze beleven het christendom voor wat het echt is: een uitgepuurd humanisme.
En neen, ze slagen er niet in om altijd het ideaal te beleven, maar het aanvoelen en de openheid zijn er en gezien God een goede vader is, is mislukken toegelaten.
Onze wereld is allesbehalve bevorderlijk voor deze spiritualiteit. We worden constant opgejaagd om te presteren, te verdienen, te ijveren voor meer, verder, hoger, sneller… kortom de zo bejubelde Olympische idealen en kapitalistische mens-wording.
Deze Sionesen werken niet voor winst en meer, maar gewoon voor wat ze nodig hebben. Nodig is natuurlijk een relatief begrip, maar als je bewust wat soberheid betracht en je niet laat gaan in bezits- en genotzucht, ga ja al op weg.
Om contact te houden met hun aanvoelen en openheid onderbreken ze geregeld hun werk voor momenten van stilte.
Dat onderbreken is belangrijk, want het is ook een oefening in loslaten van materialistische en prestatiegerichte activiteit. Daarzonder wordt de spiritualiteit een lege doos zonder levende inhoud.
Dit dag in dag uit beleven is natuurlijk oneindig moeilijk. Je kan er enthousiast aan beginnen, maar al snel komt er een moment dat je denkt: nu moet ik toch even doordoen met mijn werkzaamheden. Als je dat eenmaal hebt gedaan wordt het de volgende maal gemakkelijker om de “regel” te overtreden, en moeilijker om hem te volgen.
Maar als anderen in je omgeving je “meenemen”, wordt de beleving van de spiritualiteit “gemakkelijker”. Tegelijkertijd is het ook een beleving van samen-zijn, ook al gebeurt ze zonder woorden.
En ja, het is belangrijk dat die beleving gekoppeld is aan het creëren en ervaren van schoonheid. De esthetische factor is belangrijk. Daarom dragen monniken een pij en zingen ze het koorgebed, de psalmen die een hoogtepunt zijn van wereldliteratuur in een eenvoudige maar hoogstaande muziekzetting.
Misschien moeten mijn linkse anti-kapitalistische vrienden er eens over nadenken. Wie een beetje aandachtig de spiritualiteit van ora et labora (bid en werk) bekeken heeft, herkent daarin een grondige kritiek op het kapitalisme, op een groei-economie. Ook nogal wat groenen die van zichzelf denken dat ze “groen” leven, kunnen wat lessen komen nemen in Sion.
Eigenlijk zou ieder anti-kapitalist en elke groene af en toe een tijdje moeten gaan deelnemen aan het leven in Sion. Kwestie van een beeld te krijgen van het alternatief voor het kapitalisme en van het leven in een groene wereld waar ze naar streven.
En neen: het consequent dagelijks beleven van ora et labora gaat boven mijn spirituele mogelijkheden. Maar enkele malen per jaar een paar dagen in een abdij zijn ook al een vorm van onderbreking van de dagelijkse materialistische bezigheden en oefening in aanvoelen van grootsheid en openheid voor de andere. En het rare: door de openheid voor de grootsheid van de wereld en de anderen buiten mij, ontdek ik mijn diepere zelf en word ik meer de mens de ik kan en wil zijn.
En zeg nu niet: daar heb ik geen tijd voor ! Zo dom kan een lezer van mijn blogs niet zijn.