Knack
‘Puzzelstukken van de Europese China-strategie vallen langzaam op hun plaats’
Sven Biscop heeft gelijk in zijn waardering voor de Europese strategie. Maar hij vergeet dat Europa eigenlijk niet meetelt. Het zijn de Amerikanen die de dans leiden. En hun strategie is wél levensgevaarlijk voor een derde Wereldoorlog. Als de Amerikanen zo verder doen, is die oorlog onvermijdelijk. Dan zal Europa braaf als een schoothondje meedoen met de Amerikanen. Alleen al de aankoop van de nieuwe Amerikaanse gevechtsvliegtuigen bewijst dat.
Maar de oorlog is niet alleen onvermijdelijk door de Amerikaanse strategie, maar gewoon door het kapitalisme als economisch systeem. Mensen die zich op die oorlog voorbereiden zijn dus, anders dan Biscop stelt, geen ondergravers van de vrede, maar realisten.
De oorlog is onvermijdelijk.
Ten eerste omdat de Amerikaanse economie het onmogelijk kan halen tegen de Chinese. Als de Amerikanen dus hun wereldhegemonie willen behouden – en ze kunnen niet anders dan dat willen – zullen ze, vroeg of laat, geen ander middel dan de oorlog hebben om de Chinezen te stoppen.
Dat is de huidige economische en politieke toestand. Maar die toestand heeft een meer fundamentele oorzaak die te vinden is in de eigenheid van het kapitalisme.
Het kapitalisme als economisch systeem heeft als motor de concurrentie. Pak de concurrentie weg, en je hebt geen kapitalisme meer. De concurrentie slaat op de eerste plaats op de productie. Iedere producent moet proberen om goedkoper te produceren dan zijn concurrent. Daarvoor worden de slimste koppen ingezet. Goedkoper produceren betekent: meer produceren op minder tijd, met daarbij zo weinig mogelijk kosten op arbeid. Die concurrentie kan niet anders dan leiden tot een steeds groeiende massaproductie, en steeds groeiende productiecapaciteit. Als de consumptie niet kan volgen, wordt dat overproductiecapaciteit. Dan stoot het kapitalisme op een fundamentele innerlijke tegenstelling: het moet de consumptie doen groeien, maar tegelijkertijd ook de arbeiders zo weinig mogelijk betalen… Het kapitalisme verloopt dan ook in fases waarbij er na een fase van evenwicht tussen productie en consumptie een fase van overproductiecapaciteit ontstaat. De bankencrisis van 2008 was daarvan een illustratie: om de consumptie aan te zwengelen, verleenden de banken kredieten aan mensen die te weinig geld hadden voor die consumptie. Ze creëerden dus geld waar geen producten tegenover stonden. Dat is natuurlijk niet vol te houden. Vandaar de crisis. Dan hebben ze de crisis opgelost door nog meer geld te drukken waar niets tegenover staat. Dat is uitstel, maar geen afstel.
Als er overproductiecapaciteit is, ontstaat er werkloosheid. Maar werkloosheid doet de overproductiecapaciteit weer relatief stijgen omdat die werklozen minder consumeren. Er ontstaat een vicieuze cirkel van overproductiecapaciteit en werkloosheid. Zo’n een cirkel kan je enkel oplossen door de twee factoren tegelijkertijd op te lossen. Het heeft geen zin om de productiecapaciteit terug te schroeven als je niet ook tegelijkertijd de werkloosheid terugschroeft, want de werkloosheid is de oorzaak van de overproductiecapaciteit. En andersom.
Je krijgt dus een toestand waarbij je tegelijkertijd te veel productiecapaciteit hebt (fabrieken), en te veel werklozen. Je moet dus tegelijkertijd fabrieken en werklozen kwijt spelen. Dat kan enkel door een oorlog. Na de oorlog zijn de fabrieken kapot gebombardeerd, en de mensen kapot geschoten. Probleem opgelost. De cyclus kan opnieuw beginnen. Is dat cynisch ? Ja, maar niet ik ben cynisch, maar het systeem. Op het ogenblik dat de cirkel wereldwijd draait, is dat een wereldoorlog.
Je kan het draaien van de cirkel vertragen, bijvoorbeeld door een sociale zekerheid. Werkloosheidsuitkeringen verminderen de impact van de mindere consumptie door werklozen.
Ook reclame kan helpen. Op dit ogenblik worden er monsterlijke sommen besteed aan reclame (denk maar aan de inkomsten van topsporters die voornamelijk van de reclame komen). Dat er zoveel geld aan reclame wordt besteed, is een teken van grote overproductiecapaciteit.
Ook plaatselijke oorlogen vertragen de cirkel. Wapens vernietigen wapens en lossen zo overproductiecapaciteit op. Toen de Amerikanen Irak binnenvielen heb ik een vreugdedansje gedaan, want daardoor werd de derde wereldoorlog weer wat uitgesteld. Dat is niet waar, maar het maakt wel iets duidelijk. Maar dat zijn slechts oppervlakkige ingrepen die de cirkel wel kunnen vertragen, maar niet oplossen.
We stevenen dus onvermijdelijk af op een derde wereldoorlog.
Het gaat er niet om of die oorlog gewild is door een kwaadaardige narcist (Trump). Om het even welke politicus van om het even welke strekking zal op een bepaald ogenblik maatregelen gaan nemen die naar die oorlog leiden omdat hij in die kapitalistische wetmatigheid zit. Politici zijn wel de uitvoerders, maar niet de architecten van de wetmatigheid. Elk beroep op het geweten van politici is dus zinloos. En wie de mensen de indruk geeft dat met andere politici de oorlog zal kunnen vermeden worden, doet aan volksverlakkerij. Tenzij die politici het kapitalisme ontmantelen, en de concurrentie afschaffen.
Liberalen zijn hartstochtelijke voorstanders van het kapitalisme. Ik hoop dat het uit domheid is, want anders is het kwaadaardigheid.
Er zijn ook mensen die het kapitalisme als een kwaad zien, maar dan een onvermijdelijk kwaad. Ze gaan er van uit dat er geen alternatief is voor het kapitalisme. En dus zoeken ze er ook niet naar, of werken er niet naar toe. Dat is een vorm van lafheid. Voor mij is de verschrikking die inherent is aan het kapitalisme een motivatie om niettegenstaande alles toch naar zo’ n alternatief en de weg er naar toe te blijven zoeken. In mijn boek Eutopia (op deze website onder de rubriek publicaties gratis te lezen of downloaden) doet ik een poging. In het besef dat deze poging uitblinkt in onvolmaaktheid doe ik graag een oproep aan anderen en slimmeren dan ik om ook de strijd aan te gaan.
Ik ben realistisch: het is niet mogelijk om voor de volgende oorlog het kapitalisme te vervangen door een menselijk systeem. Die oorlog zal er dus komen. Maar als er na die oorlog nog iemand overblijft, hoop ik dat hij in mijn boek (of de boeken van mijn opvolgers) inspiratie en motivatie vindt om met een propere lei iets echt menselijks te beginnen.