Logia
‘Voor wie stemt God in de Amerikaanse presidentsverkiezingen?’
Laat me maar dadelijk beginnen met de titel van dit artikel. Voor wie stemt God ? God stemt niet. De verkiezingen in de VS interesseren hem geen barst. Overigens geldt dat ook voor de verkiezingen elders in de wereld; en bij uitbreiding: voor alles wat er op deze planeet gebeurt. Lang geleden, ergens in de tijd van het Aards Paradijs heeft God zijn handen van deze wereld afgetrokken. Het is natuurlijk mogelijk dat hij van hierboven nog af en toe een blik werpt op deze planeet. Maar het kan niet anders dan dat hij dan in tranen uitbarst en zich voorneemt om nooit meer te kijken. Hoeveel mega-anna al doet de mens alsof hij probeert om van Gods schepping iets fatsoenlijks te maken ? Zelfs de meest vasthoudende God met de langste eeuwigheid voor zich, kan niet anders dan moedeloos de hoop opgegeven hebben. Het had zo mooi kunnen zijn, maar de mens heeft de boel grondig verkloot. En er is geen enkel teken dat er ooit beterschap zal komen. Als je de liefdevolle God van de christenen als een persoon wil voorstellen, is het enige mogelijke beeld dat van een wenende God. Misschien moeten we ons God voorstellen zoals op het beroemde schilderij de Schreeuw van Evrard Munch.
Het is dan ook grandioos belachelijk als je een Amerikaanse president “God bless America” hoort zeggen. Ik snap het dus niet. De Amerikanen kwamen in de oorlog naar hier omdat God Amerika blesst en op de koppelriemen van de Duitsers stond: Gott mit uns”. Ofwel is die god een schizofreen, ofwel zijn er zoveel goden als er landen zijn. Ook Poetin laat zich graag in een orthodoxe liturgische dienst opmerken. Ik geef toe: van de Chinese communisten weet ik niets. Communisten blinken niet uit in religiositeit. Marx verbiedt het hen. Misschien een reden om voor de pvda te stemmen ? Alhoewel: als je er wat over nadenkt hebben ook de communisten hun god: de communistische partij met Marx als messias en Lenin als halfgod.
Ik wil maar zeggen: stop er mee om te proberen om God voor je kar te spannen. Jahweh heeft de Joden niet gered van de holocaust. Als er één gelegenheid en plicht was om te laten zien dat hij bestaat was het toen en daar.
De hele religieuze scene van de VS met haar talloze plaatselijke kerkjes en sektes is één groot bijgeloof, bedoeld om geld uit de zakken te halen van mensen die de problemen niet meer de baas kunnen. Nu moet ik niet teveel zagen over de Amerikanen, want in Scherpenheuvel kennen ze er ook wat van.
Van mij mag iedereen kracht putten in het geloof van een god probleemoplosser, maar ik heb er geen boodschap aan.
En toch geloof ik dat God bestaat. Het hangt er natuurlijk van af wat je onder “bestaan” verstaat. Maar die filosofische vraag wil ik hier even achterwege laten.
Maar hij bestaat, want ik hoor hem. Neen, hij schreeuwt niet zoals bij Munch, maar hij fluistert. Zijn gefluister is een oproep om goed te zijn voor anderen. Hij roept me op om vriendschap te cultiveren, niet ontstaan vanuit gevoelens van verbondenheid, maar wel vanuit menselijkheid zoals God die bij de schepping van de mens bedoeld heeft. Verbondenheid is dan geen begin van vriendschap, maar het resultaat er van. In het teken van de nieuwe encycliek, Fratelli Tutti, van de eerste fatsoenlijke paus sinds lange tijd, Franciscus, mag je vriendschap voor mijn part ook vervangen door broederlijkheid. Niet dat deze Franciscus geen stommiteiten doet of zegt, maar hem vergeef je ze omdat hij op een of andere manier toch aan Jezus en zijn God, goed Vadertje, doet denken.
Sta me toe tussen door op te merken dat ik in deze tekst voortdurend mythologische en rationele taal door mekaar haspel. Op het ogenblik dat ik het woord God gebruik, is het onvermijdelijk dat we ons daar een beeld bij vormen. Dan heb ik het niet over een oude man met een baard – dat laten we aan de niet noodzakelijk Vlaamse primitieven – maar op het ogenblik dat we een naam gebruiken, verwijzen we naar iets of iemand en dus ontstaat er een beeld. De meeste mensen kunnen zelfs niet aan het cijfer één denken zonder beeldvorming. Op het ogenblik dat er een beeld is van iets of iemand buiten onze reële wereld, bevinden we ons in een mythe. Let op het woordje “onze” bij reële wereld. Kakkerlakken leven in een andere reële wereld dan wij. Dat geldt ook enigszins voor Alexander De Croo. Alhoewel die ook …
Zo gebruik ik dan de mythologische term God en begin er dan rationele constructies mee te bouwen. Dat is natuurlijk verwarrend, maar het is belangrijk om dit altijd in het oog te houden.
Nu hoor ik mijn atheïstische vrienden al roepen dat ze dat gefluister van die God niet nodig hebben om goed te zijn. Of wil ik beweren dat enkel gelovigen tot het goede in staat zijn ? Natuurlijk niet, maar als ik zeg dat mijn goed zijn een antwoord is op het oproepende gefluister van God, dan houdt het begrip God in dat mijn antwoord het allerbelangrijkste is in mijn leven. Meer nog, eenmaal ik dit goed zijn als goddelijke oproep heb aanvaard, wordt het iets wat me overstijgt. Het wordt belangrijker dan mezelf. Ik raak er door verbonden met de essentie van het menselijk bestaan. Om het weer in mythische taal te zeggen: mijn leven krijgt waarde voor de eeuwigheid.
Belangrijk in een en ander is het bewustzijn van wat er in mij gebeurt. Ik vaar nu in gevaarlijke wateren. Maar je zou God kunnen bepalen als precies dat bewustzijn dat vriendschap en broederlijkheid de enige reden zijn van mijn bestaan. Op die manier wordt God zingever. Geloven is het cultiveren van dat bewustzijn.
Voor mijn part haal je nu het scheerapparaat boven en ontdoe je God van zijn baard. Tenslotte is het geen moslim en zelfs geen man. Ook geen vrouw. Petra De Sutter komt niet in aanmerking.