Conner Rousseau, liberaal met een sociaal sausje

Sampol

Thijs Verbeurgt – Fractiesecretaris Vooruit in het Vlaams Parlement

Leve de plichten!

Het wordt tijd dat socialisten terugnemen wat van hen is: een verhaal van rechten én plichten. Dat is de echte emancipatie.

Bij een eerste lezing leek dit een verfrissend geluid. Zelf pleit ik voor erkenning en respect voor de persoon als persoon, en een persoon is slechts persoon als hij verantwoordelijk is.

Ik heb in vorige blogs al kritiek gegeven op het socialisme van de verzorgingsstaat dat precies die verantwoordelijkheid weghaalt van het individu. In het Waalse socialisme is die verzorgingsstaat zelfs geperverteerd tot een hangmat-socialisme.

Als je naar de relatie van overheid en burger op dit ogenblik kijkt, zie je een overheid die zich ongelooflijk bemoeit met het dagelijkse leven van de burger. Corona is natuurlijk een crisissituatie, maar wat de overheid zich hier gepermitteerd heeft – tot en met de verplichting om toestemming te vragen om naar het WC te gaan – is eigenlijk slechts een uitvergroting van de normale overheidsinmenging. De manier waarop de overheid de burgers bespiedt via camera’s is stuitend. De burger is verworden tot een gedrilde aap. In ruil voor de opgelegde danspasjes krijgt de burger dan voldoende loon om op tijd en stond zijn terrasje te kunnen doen, even werkloos te zijn zonder honger te moeten leiden, en een pensioen dat voor de meesten volstaat om wat langer te leven.

Dàt is onze samenleving vandaag. Een samenleving die een compromis is van verraden socialisme met liberalisme. Zowel socialisten als liberalen hebben geen problemen met de alles ziende overheid. (Niet alleen het socialisme heeft zichzelf verraden. Dat geldt ook voor de liberalen als hoeder van de vrijheid.) 

Het verschil tussen liberalen en socialisten ligt er in dat de liberalen de burger zo weinig mogelijk willen geven in ruil voor de danspasjes, en dat de socialisten wat meer willen geven.

Ondertussen wordt het gebruik van het woord plicht geperverteerd. Zijn plicht doen is iets anders dan doen wat verplicht is. Als iemand zijn plicht doet, dan is dat geen gehoorzaamheid, maar vrijwillig opgenomen verantwoordelijkheid, vertrekkend vanuit inzicht en medemenselijkheid.

Om het duidelijk te maken: hoeveel mensen betalen vrijwillig belastingen ? Wie probeert niet zo weinig mogelijk belastingen te betalen ? We dragen enkel bij tot de gemeenschap omdat we niet anders kunnen. We proberen zoveel mogelijk te krijgen en zo weinig mogelijk te geven.

Een echte socialist probeert zoveel mogelijk te geven en is dan blij met wat hij krijgt. Ik geef toe: dat is wat idealistisch gesteld, maar het klinkt goed en ik denk dat het ook iets duidelijk maakt.

Plicht als vrij opgenomen verantwoordelijkheid houdt in dat er geen sanctie staat tegenover het niet opnemen van die verantwoordelijkheid. Wie zijn verantwoordelijkheid niet opneemt, draagt daarvan natuurlijk de gevolgen. Maar dat is iets anders dan een sanctie. Ook hierin is corona een voorbeeld: op alles stonden sancties. De overheid was extreem begaan met “handhaving”.

Kijk naar onze samenleving: alles is tot in detail geregeld en op alles staan sancties. Dit doodt het leven in een samenleving.

Nu mag je van mij stellen dat de mensen pas het juiste doen als ze er door sancties toe verplicht zijn. Maar natuurlijk: als je een systeem creëert waarin alles gesanctioneerd wordt, creëer je ook mensen die enkel nog reageren op sancties.

Eigenlijk probeert Verbeurgt in zijn artikel wat ideologische ondergrond te scheppen voor de nieuwe koers van Conner Rousseau die de kritiek krijgt – ook van mij – dat hij geen socialist meer is, het echte socialisme verraadt, en verworden is tot een liberaal met een sociaal sausje. Die kritiek is terecht, maar natuurlijk ben ik blij dat Rousseau af wil van het kadaversocialisme van nu. Alleen spijtig dat hij niet schijnt te beseffen wat verantwoordelijkheid en plicht echt inhouden.

Het liberalisme van Rousseau situeert zich niet in meer vrijheid tegenover de arbeidsmarkt, maar in het aanvaarden van een economisch systeem dat de concurrentie en de vrije markt onvoorwaardelijk omarmt. Ook hier weer: als je mensen inpast in een systeem van concurrentie, cultiveer je concurrentiële mensen.

Rousseau blijkt feitelijk een aanhanger van Keynes. Keynes was een heftig tegenstander van het socialisme. Hij pleit voor investeringen van de overheid om de economische groei te bevorderen. Tegenwoordig hoor je overal linksen triomf kraaien omdat de overheid massaal gaat investeren. Daarmee bezweert ze de economische crisis (de val van de banken) die verveelvoudigd is door corona en lost het probleem van de kapitaalaccumulatie op. Dat is op zich allemaal puur kapitalisme.

Als de overheid zich beperkt tot geld pompen in de economie, dan helpt ze de rijken om rijker te worden. Tinne Van der Straeten subsidieert de windmolens. Waarom ? Omdat ze zonder subsidies verlieslatend zijn. Dat betekent dat ze mét subsidies wél winstgevend zijn, of nog: de subsidies vormen de winst voor de kapitalist. Kan het perverser ? Maar in het kapitalisme is het niet pervers: het is de normaalste zaak van de wereld. Het is het systeem.

Als Rousseau een socialist wil zijn, dan moet hij de overheid niet enkel laten investeren, maar de gemeenschap ook doen delen in de winst. Voor mij als antikapitalist is dat natuurlijk totaal onvoldoende, maar ik stel me nu op het standpunt van het socialisme.

Doen delen in de winst is nog heel wat anders dan die bedrijven belastingen doen betalen. Ik betaal belastingen op mijn loon, niet op de winst die ik maak, want ik maak geen winst, mijn inkomen bestaat enkel uit mijn loon.

Wat nu gebeurt is privatisering van de baten van openbare bestedingen. Erger kan kapitalisme niet zijn. Hallo Tinne, en groenen die denken dat groen zijn links is ?

Eigenlijk blijft Rousseau steken in een puur kapitalistisch mensbeeld. Echt socialisme wil de mens vrij maken van de dwingelandij van de arbeidsmarkt en van de dwang om anderen als concurrenten te zien. In écht socialisme wordt werk, naast nodig om te overleven, fundamenteel gezien als een bijdrage tot de opbouw van de samenleving. Dat gaat over mensen die samenwerken in plaats van te concurreren.

Het socialisme van Rousseau verdient die naam niet meer. Het woord socialisme is niet voor niets verdwenen uit de naam van de partij. Laat het dan a.u.b. overàl weg als het over de partij gaat.

Ondertussen werkt Rousseau enthousiast mee aan de creatie van een mensensoort die niet tot socialisme in staat is.

 

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *