Minerva
Een Brave New World van transparantie en traceerbaarheid?
Interessant, maar buitengewoon niet terzake.
Jawel, ik juich natuurlijk de transparantie en traceerbaarheid toe. Boris Verbrugge geeft terechte kritiek op de manier waarop een en ander in de praktijk wordt gebracht en geeft aan hoe daaraan kan worden verholpen: “… is er nood aan innovatieve en transnationale partnerschappen met overheden, academische instellingen, het middenveld, en lokale producenten en werknemers. Zulke partnerschappen mogen niet louter gericht zijn op het optimaliseren van de transparantie-oefening. Ze moeten ook, en vooral, op zoek gaan naar manieren om een stem te geven aan de rechthebbenden.”
Met die “stem van de rechthebbenden” gaat hij een belangrijke stap verder. Dit lijkt me zelfs het belangrijkste element in zijn betoog.
Maar het is allemaal niet genoeg. Het is heel veel niet genoeg. Het zal hier en daar wat toestanden verbeteren, maar het zullen druppels op een hete plaat zijn en dweilen met de kraan open.
Natuurlijk kan je terecht stellen dat iedere mens die er beter van wordt, belangrijk is en dat je niet niets mag doen omdat je niet alles kan doen. Ja dus: ik steun Boris in zijn betoog. Maar als iedere mens die er voordeel bij heeft, telt, telt ook iedere mens die in de steek gelaten wordt. Ik vergis me zeker niet als ik stel dat de mensen die door de door Boris verbeterde transparantie en traceerbaarheid worden geholpen een geweldig kleine minderheid gaan vormen, vergeleken met de mensen die in de steek gelaten worden.
In ons land hebben we een speciale Federale Overheidsdienst, belast met de Inspectie van Welzijn op het werk. Deze dienst stuurt inspecteurs naar de bedrijven om de arbeidsomstandigheden te controleren op gebied van veiligheid, gezondheid… Zwartwerk (hallo wokende antiracisten wordt wakker en nagel me aan de schandpaal !) is per definitie een bron van uitbuiting van werkvolk. Denk hierbij ook maar aan de terechte klachten van de illegalen.
Spreek eens met mensen die werken op die Overheidsdienst. Ze klagen er over dat ze onderbemand zijn; dat hun verslagen over wantoestanden in een archiefkelder verdwijnen. Als er wel iets mee gedaan wordt komen ze voor een rechtbank die er geen tijd voor heeft… Inspecties van bouwwerven waarvan iedereen weet dat er illegalen en zwartwerkers of “gedetacheerden” uit lage loonlanden worden tewerkgesteld tegen hongerlonen en in onveilige omstandigheden, worden door de inspecteurs zorgvuldig gemeden: de rompslomp is enorm en haalt niets uit. “Daar beginnen we niet aan”. Pas als er een illegaal van een dak valt en de dienst identificatie van lijken wordt opgetrommeld, komt de toestand even in het nieuws. Heel even.
Denk in dat verband ook maar aan het 3M en PFOS schandaal…
Als we hier in ons ontwikkelde landje met sterke vakbonden (de stem van de rechthebbenden) de zaak niet onder controle krijgen, waar halen we dan de pretentie om via “transparantie en traceerbaarheid” de boel op orde te zetten, wereldwijd in ontwikkelingslanden ?
Het gaat er om dat de wereld van productie en handel fundamenteel fout zit.
Nu zitten we in een systeem dat op zich geen enkele interesse heeft voor het welzijn van de arbeider en meer nog: dat de kapitalist er voordeel bij geeft als hij bespaart op dat welzijn. Van daaruit gaan we dan proberen om sociale correcties aan te brengen. Je moet geen grote intellectueel zijn of helderziende om te beseffen dat dit nooit kan leiden tot een bevredigend resultaat. Als het fundament fout zit, kàn je er geen veilig gebouw op zetten.
Het kapitalisme wordt gekenmerkt door drie elementen: concurrentie, winstbejag en de macht die bij het kapitaal ligt.
Concurrentie verplicht de ondernemer om op zoek te gaan naar manieren om te besparen op arbeid en dus vroeg of laat op welzijn van de arbeider.
Winstbejag heeft hetzelfde effect. Daarbij is winstbejag in het kapitalisme niet enkel menselijke hebzucht, maar een onderdeel van het systeem. Ook een ondernemer die niet gedreven is door hebzucht, wordt door het systeem verplicht om zoveel mogelijk winst te maken. Wie het meest winst maakt, wint ook de concurrentie. Stilstaan is achteruitgaan.
De macht ligt bij de kapitalist omdat hij eigenaar is van de productiemiddelen en van de producten. Hier komt de perversie op haar hoogtepunt want precies door die macht, ingebakken in het systeem, is de strijd van de arbeider voor welzijn, binnen het systeem, gedoemd om te mislukken. De arbeider kan veldslagen winnen, maar nooit de oorlog.
Nu is de toestand fundamenteel fout en proberen we daar hier en daar wat scherpe kantjes af te ronden. We moeten naar een toestand die fundamenteel goed is, en dan ijveren om om die nog beter te krijgen. Dàt is de omkering waar de mensheid voor staat.
Dat betekent dus dat we af moeten van de concurrentie; van systemische strijd voor meer winst; en van de kapitalist als eigenaar van productiemiddelen en zeker ook van het geproduceerde.
Als we persoonlijke vrijheid willen respecteren zullen we concurrentie nooit helemaal kunnen uitsluiten.
Maar de systemische strijd voor meer winst en de kapitalist als eigenaar van productiemiddelen en van het geproduceerde, kunnen wél uitgeschakeld worden.
Als we die twee uitschakelen krijgt de concurrentie automatisch een andere dimensie; wordt ze beheersbaar en worden zinvolle en effectieve correcties mogelijk.
Een menselijk alternatief voor het kapitalisme mét respect voor persoonlijke vrijheid is mogelijk.
In mijn boek Eutopia heb ik een poging gedaan om een en ander uit te werken. Die poging is zeker niet volmaakt en voor verbetering vatbaar. Maar ik ben er wel van overtuigd dat ik aantoon dat het kan.
Maar ja, genoeg mensen moeten het inzien en willen. Daar is nog wel wat werk aan.
PS Je kan Eutopia gratis lezen en/of downloaden, ook in ebookformaat, op deze website onder de rubriek Publicaties.