Uitpers
De toekomst van de Europese verzorgingsstaat
Goede ideeën, een nieuw sociaal paradigma en een neoliberale achtergrond
Ik geloof er niets van.
Ik geloof er niets van dat een Ursulalla von der Leugen ook maar een zier inzit met het lot van de gewone man.
Als von der Leugen iets zegt, liegt ze. Als ze iets zegt over een socialer Europa, liegt ze. Ze bedriegt ons. Het klinkt mooi, maar het krioelt van de adders onder het gras. Het klinkt zoals De Croot die roept dat “wij niemand achterlaten”.
De normaal denkende socialist kan dan misschien wel positief denken over dat eindelijk “sociale Europa”, maar misschien moet hij zich eens afvragen of dat “normale” socialisme niet totaal voorbijgestreefd is; of de klassieke socialistische recepten niet over datum zijn.
Wij komen uit een tijd waarin die klassieke socialistische recepten in belgië tot een welvaarts – en verzorgingsstaat hebben geleid. Mooi. Ik ben daar blij om.
Maar het moet toch duidelijk zijn dat die staat op barsten staat. Neen, ik heb het nu niet over de belgische staat, maar over de verzorgingsstaat.
Mag ik wijzen op één belangrijke tendens: niettegenstaande onze sociale zekerheid stijgt de armoede. De staat probeert de armoede dan op te vangen door allerhande premies die niets te maken hebben met de sociale zekerheid (energiepremies). Die premies komen in feite neer op liefdadigheid vanwege de overheid.
De twee basisprincipes van de sociale zekerheid zijn verzekering en solidariteit.
Het principe van een verzekering is niet moeilijk: ze is een contract: als ik de premie betaal, heb ik recht op bepaalde steun. Dat werkt natuurlijk enkel als er genoeg mensen in schrijven op een verzekering. Als ik een verzekering neem bij een verzekeraar die slechts één klant (mij) heeft, kan ik me even goed niet verzekeren. Het is juist doordat er genoeg mensen het contract ondertekenen, er genoeg geld in de pot komt om mij er op een bepaald ogenblik meer te laten uithalen dan ik er heb ingestoken. Op dat ogenblik betalen de andere verzekerden mijn noodhulp. Dat is dan solidariteit.
Een verzekering is dus een contract van solidariteit.
Mijn verzekeraar kan uit zijn op winst (mijn autoverzekering), of niet (mijn ziekteverzekering), maar in deze context maakt dat niet uit.
Welnu, dat contract (de sociale zekerheid) wordt geleidelijk aan afgebroken, en vervangen door liefdadigheid. De sociale zekerheid is ook een contract met de overheid. De afbraak van de sociale zekerheid betekent dat een bindend contract wordt vervangen door vrijwillige liefdadigheid (vanwege de overheid).
Ja maar, zegt De Wever, de sociale zekerheid is onbetaalbaar geworden. Dat kan wel zijn. Maar dan zijn ook de premies onbetaalbaar, want het geld voor beide komt uit dezelfde pot.
In feite wordt de bevolking afhankelijk van de goede luim van de overheid. Er is een machtsgreep bezig van de overheid over de bevolking. Sommigen beweren dat corona een oefening was om te zien hoever de overheid daarin kan gaan.
Het plan van het Ursulalliaans Liegebeest zou sommige landen met zwakke sociale zekerheid op een hoger sociaal niveau moeten brengen. Goed voor die mensen daar. Maar tegelijkertijd zou dat plan landen met een sterke sociale zekerheid (zoals belgië) naar een lager niveau brengen. Een belgisch niveau over heel Europa zou niet mogelijk zijn.
Laat ons nu veronderstellen dat dit wél mogelijk zou zijn. Dan zou dus heel Europa een soort van sociaal stelsel krijgen, vergelijkbaar met dat van belgië.
Welnu: ik heb zojuist beweerd dat het niveau van belgië evolueert naar liefdadigheid van de overheid en meer controle van de overheid over de burger.
Ik hou wel van Francine Mestrum. Maar ik vrees dat ze zich met haar voorzichtig optimisme hier in de luren laat leggen: ze overloopt allerlei maatregelen en plannen en daarin ontwaart ze positieve elementen. Maar wat is de algemene lijn daarachter ?
De zich links wanenden hebben gestreden tegen het neoliberalisme: tegen een kapitalistische economie met zo weinig mogelijk ingrijpen van de overheid. Ze geloven in de corrigerende kracht van de overheid om het kapitalistische stelsel te ver-socialiseren.
Het is een geloof dat in de kern al terug te vinden is bij Marx.
Het wordt tijd dat de zich links wanenden dat postulaat van de positief ingrijpende overheid achter zich laten.
Misschien dat dat postulaat geldt in een marxistische samenleving. Maar in een kapitalistische samenleving staat de overheid (de politiek) per definitie in dienst van het kapitaal. Ik heb het al tot treurens toe herhaald en ga het hier niet opnieuw uitleggen.
Misschien dat de socialisten de voorbije decennia hebben kunnen geloven dat ze toch de overheid naar hun hand konden zetten. Nu wordt duidelijk dat dit slechts tijdelijke schijn is geweest.
Maar het wordt nog veel erger. Want daar waar tot nu toe het kapitaal altijd de politiek beheerste, gewoon door de wetten van het kapitalisme, is het kapitaal tot het besef gekomen dat het volledig de macht kan grijpen over de overheid.
We komen in een nieuw tijdperk: de overheid volledig in dienst van het kapitaal, en de bevolking volledig in handen van de overheid.
Het is de ultieme overwinning van het kapitaal.
Waarom dan nog dat zogezegd sociale ? Wel, maak je geen illusies, dat heeft voor het Ursulabedriegsel niets te maken met bekommernis voor mensen. Maar het kapitaal dat produceert, heeft natuurlijk ook consumenten nodig: mensen met genoeg geld om de producten te kopen. De sociale politiek van Europa is er gewoon op gericht om de consumptie op peil te houden. Moeten we daar dan niet blij mee zijn ?
Misschien wel, maar als de hele zaak onder volledige controle van de overheid komt, komen we in een als democratie vermomde dictatuur terecht.
In de Sovjet-Unie hebben we gezien wat dat betekent.
Wie het beter wil begrijpen moet gaan kijken naar de plannen van het WEF.
Sommigen zeggen dat het WEF de triomf is van het communisme. Als je het verband legt met de dictatuur en de staat die de mensen volledig in de hand heeft, mag dat kloppen.
Anderen zeggen dat het de totale overwinning is van het kapitaal.
Ik denk dat die laatsten gelijk hebben: we gaan naar een communistische samenleving, totaal in handen van het grootkapitaal.
Het kan zijn dat in die samenleving iedereen te eten heeft. Maar ik wil er niet in leven. Het is de samenleving die Aldous Huxley beschrijft in zijn Brave new World: iedereen gelukkig, maar niemand zichzelf.